ECLI:NL:RBDHA:2023:17690

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
17 november 2023
Publicatiedatum
17 november 2023
Zaaknummer
AWB 22-5456
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in vreemdelingenzaak

Op 17 november 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, een Guinese nationaliteit met een V-nummer, had op 6 september 2022 bezwaar aangetekend tegen een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Dit bezwaar werd op 7 mei 2023 ongegrond verklaard, waarbij verzoeker te horen kreeg dat hij de behandeling van zijn beroep niet in Nederland mocht afwachten. Verzoeker heeft vervolgens op 27 mei 2023 beroep ingesteld tegen dit besluit, geregistreerd onder zaaknummer AWB 23/5808.

In het verzoekschrift van 6 september 2022 vroeg verzoeker de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen, zodat zijn uitzetting zou worden opgeschort totdat er een beslissing op het beroep zou zijn genomen. De voorzieningenrechter heeft het verzoek aldus verstaan dat er nu om een voorlopige voorziening wordt gevraagd in het kader van het lopende beroep.

Echter, aangezien het beroep met zaaknummer AWB 23/5808 op dezelfde dag ongegrond is verklaard, heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat er geen aanleiding is om een voorlopige voorziening te treffen. Het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening is dan ook afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. J.Y.B. Jansen, in aanwezigheid van griffier mr. P.C.J. Lindeijer, en is openbaar gemaakt via geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: AWB 22/5456

uitspraak van de voorzieningenrechter van 17 november 2023 in de zaak tussen

[naam] , verzoeker,

geboren op [geboortedatum] ,
van Guinese nationaliteit,
V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. N.B. Swart)
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, de staatssecretaris

(gemachtigde: mr. A.J. Rossingh).

Procesverloop

Bij bezwaarschrift van 6 september 2022 heeft verzoeker bezwaar ingesteld tegen het besluit van de staatssecretaris van 6 september 2022.
Bij verzoekschrift van diezelfde datum heeft verzoeker de voorzieningenrechter verzocht de voorlopige voorziening te treffen dat uitzetting achterwege wordt gelaten tot op het bezwaar is beslist.
Bij besluit van 7 mei 2023 heeft de staatssecretaris het bezwaar van verzoeker ongegrond verklaard. Verzoeker is meegedeeld dat hij de behandeling van het beroep niet in Nederland mag afwachten.
Bij beroepschrift van 27 mei 2023 heeft verzoeker tegen dat besluit beroep ingesteld. Dit beroep is geregistreerd onder zaaknummer AWB 23/5808.
De voorzieningenrechter verstaat het bij verzoekschrift van 6 september 2022 gedane verzoek aldus dat thans wordt verzocht de voorlopige voorziening te treffen dat uitzetting achterwege wordt gelaten tot op het beroep is beslist.
Bij uitspraak van heden is het connexe beroep ongegrond verklaard.

Overwegingen

1. Ingevolge artikel 8:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kan de voorzieningenrechter van de rechtbank die bevoegd is of kan worden in de hoofdzaak, indien tegen een besluit bij de rechtbank beroep is ingesteld dan wel, voorafgaand aan een mogelijk beroep bij de rechtbank, bezwaar is gemaakt of administratief beroep is ingesteld, op verzoek een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.
2. Aangezien het beroep met zaaknummer AWB 23/5808 bij uitspraak van heden ongegrond is verklaard, bestaat er geen aanleiding een voorlopige voorziening te treffen.
3. Het verzoek om het treffen van voorlopige voorziening dient om die reden te worden afgewezen.
4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.Y.B. Jansen, rechter, in aanwezigheid van
mr. P.C.J. Lindeijer, griffier en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
griffier de rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.