ECLI:NL:RBDHA:2023:1784
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- B.F.Th. de Roos
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op grond van ongeloofwaardigheid van het relaas van de eiser met Armeense nationaliteit
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 13 februari 2023 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij de eiser, een Armeense nationaliteit, zijn opvolgende asielaanvraag had ingediend. De aanvraag werd afgewezen door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid als kennelijk ongegrond. Eiser had eerder in 2017 een eerste asielaanvraag ingediend, die ook was afgewezen. In zijn opvolgende aanvraag voerde eiser aan dat hij als reservist was opgeroepen voor militaire training en bedreigd was door het militaire commissariaat, wat hem zou hebben doen besluiten om Armenië te verlaten. De rechtbank oordeelde dat de staatssecretaris terecht had geoordeeld dat het asielrelaas van eiser ongeloofwaardig was. Eiser had zijn stellingen niet onderbouwd met documenten en zijn verklaringen waren tegenstrijdig. De rechtbank concludeerde dat eiser niet aannemelijk had gemaakt dat hij bij terugkeer naar Armenië risico liep op vervolging. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en oordeelde dat verweerder geen proceskosten hoefde te betalen. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.