ECLI:NL:RBDHA:2023:17959
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beëindiging tijdelijke bescherming voor derdelanders Oekraïne
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 22 november 2023, zaaknummer NL23.28470, wordt het beroep van eiser, een man van Iraanse nationaliteit, tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid beoordeeld. Het besluit, genomen op 31 augustus 2023, houdt in dat de tijdelijke bescherming van eiser, zoals bedoeld in de Richtlijn 2001/55/EG, eindigt op 4 september 2023. Eiser heeft zijn zienswijze ingediend na het voornemen van de staatssecretaris om de tijdelijke bescherming te beëindigen, dat op 3 juli 2023 werd gecommuniceerd.
De rechtbank heeft op 7 november 2023 de zaak behandeld, waarbij eiser, zijn gemachtigde, een tolk en de gemachtigde van de staatssecretaris aanwezig waren. De rechtbank oordeelt dat de staatssecretaris bevoegd was om de tijdelijke bescherming te beëindigen, zoals eerder bevestigd in een uitspraak van 30 oktober 2023. Eiser heeft aangevoerd dat hij onzorgvuldig is behandeld en dat hij eerst over zijn asielmotieven had moeten worden gehoord. De rechtbank concludeert echter dat er geen aanleiding is om te twijfelen aan de bevoegdheid van de staatssecretaris en dat de beëindiging van de tijdelijke bescherming rechtmatig is.
De rechtbank wijst het verzoek van eiser om aanhouding of schorsing van het onderzoek af, en verklaart het beroep ongegrond. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. Deze uitspraak is gedaan door mr. A.W. Wassink, rechter, en openbaar gemaakt via geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.