ECLI:NL:RBDHA:2023:18008
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening tijdelijke bescherming voor derdelanders Oekraïne
Op 22 november 2023 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak van een verzoeker tegen de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De zaak betreft een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van de tijdelijke bescherming voor derdelanders uit Oekraïne, zoals geregeld in de Richtlijn 2001/55/EG en het daarop gebaseerde Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/382. De verzoeker had tegen een besluit van de staatssecretaris, dat op 1 september 2023 was genomen, beroep ingesteld. Dit besluit hield in dat de tijdelijke bescherming van de verzoeker was beëindigd.
De voorzieningenrechter heeft op 9 november 2023 de zaak behandeld, waarbij zowel de gemachtigde van de verzoeker als de gemachtigde van de staatssecretaris aanwezig waren. Tijdens de zitting is het verzoek om een voorlopige voorziening besproken. Echter, gezien de uitspraak die op dezelfde dag in een andere zaak (NL23.26221) is gedaan, was een voorlopige voorziening niet meer nodig. De voorzieningenrechter heeft daarom het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen.
De uitspraak is gedaan door mr. J.Y.B. Jansen, in aanwezigheid van mr. M. Dijk als griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.