In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 15 september 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een B.V., en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. Het geschil betreft de vraag of de werknemer van eiseres recht heeft op een uitkering op grond van de Ziektewet (ZW) na een periode van tijdelijke arbeidsovereenkomsten. Eiseres betoogt dat de ketenbepaling, zoals opgenomen in artikel 7:668a van het Burgerlijk Wetboek en de cao Glastuinbouw, niet van toepassing is, omdat de functie van de werknemer onder de uitzonderingen valt die in de cao zijn opgenomen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de werknemer van 2017 tot 2022 in dienst was op basis van vijf tijdelijke arbeidsovereenkomsten, waarbij de laatste liep van 1 juli 2021 tot 31 januari 2022. De werknemer heeft zich ziek gemeld op 26 januari 2022, met terugwerkende kracht vanaf 27 december 2021. De rechtbank oordeelt dat de werknemer ten onrechte geen ZW-uitkering is toegekend, omdat de functie van werknemer kan worden gekwalificeerd als 'operator/machinebediener I', wat onder de afwijkende ketenbepaling valt. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit van verweerder en gelast een nieuwe beslissing op bezwaar te nemen, met inachtneming van deze uitspraak. Tevens worden de proceskosten van eiseres vergoed.