Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.Het verloop van de procedure
- een vertegenwoordiger van de gecertificeerde instelling;
- Stefan, de mentor van [naam01] .
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag op 7 november 2023 een beschikking gegeven over een machtiging voor gesloten jeugdhulp voor de jeugdige [naam01], geboren in 2007. De gecertificeerde instelling, Stichting Jeugdbescherming West Zuid-Holland, heeft verzocht om deze machtiging, omdat [naam01] is opgegroeid in een onrustige opvoedomgeving en ernstige gedragsproblemen vertoont. De kinderrechter heeft vastgesteld dat [naam01] sinds zijn plaatsing in [naam04] enige vooruitgang heeft geboekt, maar dat hij meer tijd nodig heeft om zich verder te ontwikkelen. De kinderrechter heeft de noodzaak van de gesloten plaatsing onderbouwd met verwijzingen naar de Jeugdwet, die stelt dat een machtiging alleen kan worden verleend als dit noodzakelijk is voor de ontwikkeling van de jeugdige en om te voorkomen dat hij zich aan de jeugdhulp onttrekt.
Tijdens de mondelinge behandeling was [naam01] aanwezig met zijn advocaat, terwijl de vader niet verscheen, ondanks dat hij correct was opgeroepen. De kinderrechter heeft met [naam01] gesproken en zijn vooruitgang besproken. De kinderrechter heeft geconcludeerd dat de gesloten plaatsing noodzakelijk is voor de verdere behandeling van [naam01] en heeft de machtiging verleend voor de duur van twee maanden, van 15 november 2023 tot 12 januari 2024. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.