ECLI:NL:RBDHA:2023:18894

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
5 december 2023
Publicatiedatum
5 december 2023
Zaaknummer
NL23.30021 en NL23.0023
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot verantwoordelijkheid België

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 5 december 2023 uitspraak gedaan in de zaken NL23.30021 en NL23.30023, waarin verzoeksters, vertegenwoordigd door hun gemachtigde mr. H.A. Jeuring, een voorlopige voorziening vroegen in het kader van hun aanvragen voor een verblijfsvergunning asiel. De aanvragen waren door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, vertegenwoordigd door P. Zijlstra, niet in behandeling genomen op de grond dat België verantwoordelijk was voor de behandeling van de asielverzoeken.

De verzoeksters, die ook minderjarige kinderen vertegenwoordigen, hebben op 19 september 2023 beroep ingesteld tegen de bestreden besluiten van de Staatssecretaris. Op 2 november 2023 heeft de voorzieningenrechter de zaak behandeld, waarbij zowel verzoeksters als de vertegenwoordiger van de Staatssecretaris aanwezig waren.

In de uitspraak van 5 december 2023 heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat, gezien de eerdere uitspraak in de samenhangende zaken NL23.30020 en NL23.30022, er geen noodzaak meer was voor het treffen van een voorlopige voorziening. De verzoeken om voorlopige voorziening zijn dan ook afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummers: NL23.30021en NL23.30023

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaken tussen

[verzoekster 1] V-nummer: [nummer], verzoekster sub 1,

mede namens de minderjarige kinderen
[naam 1] en [naam 2]
V-nummers: [nummer] en [nummer]
en
[verzoekster 2], verzoekster sub 2,
V-nummer [nummer],
hierna gezamenlijk te noemen: verzoeksters,
(gemachtigde: mr. H.A. Jeuring),
en

de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: P. Zijlstra).

Procesverloop

Bij besluiten van 19 september 2023 (de bestreden besluiten) heeft verweerder de aanvragen van verzoeksters tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen op de grond dat België verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoeksters hebben tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Zij hebben verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaken NL23.30020 en NL23.30022, op 2 november 2023 op zitting behandeld. Verzoeksters zijn verschenen, bijgestaan door hun gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NLNL23.30020 en NL23.30022 en [*], heeft de rechtbank uitspraak gedaan op de beroepen. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om die reden af.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. A.W.C.M. van Emmerik, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. R.E.J. Jansen, griffier, en openbaar gemaakt door geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.