ECLI:NL:RBDHA:2023:18936

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
21 november 2023
Publicatiedatum
6 december 2023
Zaaknummer
AWB 23/4418
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in vreemdelingenzaak

In deze uitspraak beslist de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op het verzoek van verzoekster om een voorlopige voorziening tegen de afwijzing van haar aanvraag voor een verblijfsvergunning. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de aanvraag op 28 februari 2023 afgewezen. Na het indienen van bezwaar heeft de staatssecretaris op 17 april 2023 het eerdere besluit gehandhaafd. Verzoekster heeft hiertegen beroep ingesteld. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 9 oktober 2023 behandeld, waarbij zowel verzoekster als de gemachtigden van verzoekster en de staatssecretaris aanwezig waren.

De voorzieningenrechter heeft in deze uitspraak ook verwezen naar een eerdere uitspraak van dezelfde rechtbank, zaaknummer AWB 23/4417, waarin op het beroep van verzoekster is beslist. Aangezien er inmiddels een uitspraak is gedaan op het beroep, is de noodzaak voor een voorlopige voorziening komen te vervallen. De voorzieningenrechter heeft daarom het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Er is geen aanleiding voor vergoeding van griffierecht of proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. E.E.M. van Abbe, in aanwezigheid van griffier mr. P. Bruins-Langedijk, en is openbaar uitgesproken op 21 november 2023.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: AWB 23/4418

uitspraak van de voorzieningenrechter van 21 november 2023 in de zaak tussen

[verzoekster] , verzoekster

V-nummer: [V nummer]
(gemachtigde: mr. M. Flipse),
en

de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid

(gemachtigde: mr. J.J.F.M van Raak).

Inleiding

1. In deze uitspraak beslist de voorzieningenrechter op het verzoek van verzoekster om een voorlopige voorziening tegen de afwijzing van haar aanvraag.
1.1.
De staatssecretaris heeft deze aanvraag met het besluit van 28 februari 2023 afgewezen. Met het bestreden besluit van 17 april 2023 op het bezwaar van verzoekster is de staatssecretaris bij de afwijzing van de aanvraag gebleven. Verzoekster heeft hiertegen beroep ingesteld.
1.2.
De staatssecretaris heeft op het verzoek gereageerd met een verweerschrift.
1.3.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 9 oktober 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: verzoekster, de gemachtigde van verzoekster en de gemachtigde van de staatssecretaris.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

2. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer AWB 23/4417, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.

Conclusie en gevolgen

3. De voorzieningenrechter wijst het verzoek af. Voor vergoeding van het griffierecht of een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. E.E.M. van Abbe, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. P. Bruins-Langedijk, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 21 november 2023.
griffier
voorzieningenrechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.