Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam] , eiser
Procesverloop
Maatregel van bewaring
Voortvarendheid
Lichter middel
Ambtshalve toets
Conclusie
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 18 september 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen een maatregel van bewaring die aan eiser was opgelegd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiser, die de Litouwse nationaliteit heeft, was op 31 augustus 2023 in bewaring gesteld op grond van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vreemdelingenwet. Eiser heeft tegen deze maatregel beroep ingesteld, waarbij hij tevens verzocht om schadevergoeding. De rechtbank heeft het onderzoek op 12 september 2023 gesloten.
De rechtbank overweegt dat de staatssecretaris voldoende gronden heeft aangevoerd voor de maatregel van bewaring, waaronder het risico dat eiser zich aan het toezicht zal onttrekken. Eiser heeft betwist dat hij zich aan het toezicht heeft onttrokken en heeft aangevoerd dat hij bereid is om zelfstandig terug te keren naar Litouwen. De rechtbank oordeelt echter dat de staatssecretaris terecht heeft geconcludeerd dat er een risico bestaat op onttrekking aan het toezicht, gezien de eerdere beslissingen en de omstandigheden van de zaak.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen onregelmatigheden zijn bij de toepassing van de maatregel van bewaring en dat de staatssecretaris voldoende voortvarend heeft gehandeld in de uitzettingsprocedure. Het beroep van eiser is ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding is afgewezen. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.