ECLI:NL:RBDHA:2023:19258
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag op grond van Dublin-regelgeving
Op 13 november 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak met zaaknummer NL23.32280, waarin verzoeker, vertegenwoordigd door mr. F.W. Verweij, een voorlopige voorziening heeft gevraagd met betrekking tot zijn asielaanvraag. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, vertegenwoordigd door mr. R.P.G. van Bel, had eerder op 9 oktober 2023 besloten om de aanvraag van verzoeker niet in behandeling te nemen, omdat Bulgarije verantwoordelijk zou zijn voor de behandeling van de asielaanvraag. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 31 oktober 2023 behandeld, maar verzoeker is niet verschenen. De gemachtigde van de staatssecretaris was wel aanwezig. In de uitspraak van dezelfde dag, zaaknummer NL23.32279, heeft de rechtbank al een beslissing genomen op het beroep van verzoeker. Hierdoor was er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening, en heeft de voorzieningenrechter het verzoek afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door mr. M. Eversteijn, in aanwezigheid van griffier K.F.K. Hoogbruin, en is openbaar gemaakt op 13 november 2023. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.