ECLI:NL:RBDHA:2023:19376
Rechtbank Den Haag
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van asielaanvraag wegens gebrek aan ingediende gronden
In de zaak met zaaknummer NL23.36958 heeft de Rechtbank Den Haag op 5 december 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure. Eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. L. Sinoo, had beroep ingesteld tegen een besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarin de asielaanvraag van eiser niet in behandeling werd genomen. Dit besluit was gebaseerd op de overweging dat Duitsland verantwoordelijk was voor de behandeling van de asielaanvraag. Tijdens de zitting op 5 december 2023 zijn zowel eiser als zijn gemachtigde niet verschenen, terwijl de verweerder, vertegenwoordigd door mr. S. Kowsari, wel aanwezig was.
De rechtbank heeft na de behandeling van de zaak onmiddellijk uitspraak gedaan en het beroep van eiser niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank overwoog dat eiser geen gronden had ingediend en er geen verontschuldiging was gegeven voor het ontbreken van deze gronden. De rechtbank concludeerde dat er geen aanleiding was om tot een andere beslissing te komen dan de niet-ontvankelijkheid van het beroep. Tevens werd er geen proceskostenveroordeling opgelegd, aangezien hiervoor geen aanleiding bestond. De uitspraak is openbaar uitgesproken door rechter mr. J.J. Catsburg in aanwezigheid van griffier mr. S. Westerhof. Het proces-verbaal van deze uitspraak is op 8 december 2023 bekendgemaakt.