ECLI:NL:RBDHA:2023:196
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- B.F.Th. de Roos
- Rechtspraak.nl
Hersteluitspraak inzake rechtsmiddel in bestuursrechtelijke procedure
In deze hersteluitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 10 januari 2023, wordt een eerdere uitspraak van 25 oktober 2022 gecorrigeerd. De zaak betreft een bestuursrechtelijke procedure waarin de eiser, vertegenwoordigd door mr. M. Issa, zich richt tegen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De rechtbank had in de eerdere uitspraak ten onrechte vermeld dat er verzet kon worden aangetekend binnen zes weken. Dit was incorrect, aangezien de uitspraak zonder zitting was gedaan op basis van artikel 8:57, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Hierdoor is het mogelijk om hoger beroep in te stellen, zoals bepaald in artikel 8:104, eerste lid, onder a, van de Awb. De rechtbank heeft deze vergissing hersteld door de rechtsmiddelenclausule van de eerdere uitspraak te vervangen. De nieuwe clausule stelt dat tegen de uitspraak hoger beroep kan worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen vier weken na bekendmaking. Deze hersteluitspraak is gedaan door mr. B.F.Th. de Roos, rechter, en is openbaar gemaakt op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.