ECLI:NL:RBDHA:2023:20041

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
13 december 2023
Publicatiedatum
18 december 2023
Zaaknummer
NL23.33797 en NL23.34012
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • B.F.Th. de Roos
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvragen

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 13 december 2023 uitspraak gedaan in de zaken NL23.33797 en NL23.34012. De verzoekers, waaronder [naam verzoeker] en [naam verzoekster], hebben asielaanvragen ingediend die door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid zijn afgewezen op de grond dat Spanje verantwoordelijk is voor de behandeling van deze aanvragen. De verzoekers hebben hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.

De voorzieningenrechter heeft op 7 december 2023, na een mondelinge uitspraak, besloten dat een voorlopige voorziening niet meer nodig is, omdat de rechtbank al uitspraak had gedaan op de beroepen van de verzoekers. Hierdoor zijn de verzoeken om voorlopige voorziening afgewezen.

De voorzieningenrechter heeft ook geoordeeld dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. B.F.Th. de Roos, in aanwezigheid van griffier mr. N.F. Kreeftmeijer, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummers: NL23.33797 en NL23.34012

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaken tussen

[naam verzoeker] , verzoeker

V-nummer: [V-nr.]
[naam verzoekster], verzoekster
V-nummer: [V-nr.]
mede namens haar minderjarige kinderen
[naam kind]en
[naam kind],
(gemachtigde: mr. H.M. Schurink-Smit),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.

Procesverloop

Bij besluiten van 24 oktober 2023 heeft verweerder asielaanvragen van verzoekers niet in behandeling genomen op de grond dat Spanje verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoekers hebben tegen die besluiten beroep ingesteld. Zij hebben verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter doet op grond van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak zonder zitting.

Overwegingen

1. Bij mondelinge uitspraak van 7 december 2023 [1] , waarvan het proces-verbaal op 8 december 2023 is bekendgemaakt, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op de beroepen van verzoekers. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om die reden af.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B.F.Th. de Roos, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. N.F. Kreeftmeijer, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Voetnoten

1.Zaaknummers NL23.33796 en NL23.34011.