Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaken tussen
[naam verzoeker] , verzoeker
[naam kind],
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 13 december 2023 uitspraak gedaan in de zaken NL23.33797 en NL23.34012. De verzoekers, waaronder [naam verzoeker] en [naam verzoekster], hebben asielaanvragen ingediend die door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid zijn afgewezen op de grond dat Spanje verantwoordelijk is voor de behandeling van deze aanvragen. De verzoekers hebben hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft op 7 december 2023, na een mondelinge uitspraak, besloten dat een voorlopige voorziening niet meer nodig is, omdat de rechtbank al uitspraak had gedaan op de beroepen van de verzoekers. Hierdoor zijn de verzoeken om voorlopige voorziening afgewezen.
De voorzieningenrechter heeft ook geoordeeld dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. B.F.Th. de Roos, in aanwezigheid van griffier mr. N.F. Kreeftmeijer, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.