ECLI:NL:RBDHA:2023:20076
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening voor asielaanvraag van Oekraïense derdelander
Op 18 december 2023 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak van een verzoekster die een voorlopige voorziening had aangevraagd in het kader van haar asielaanvraag. De voorzieningenrechter heeft het verzoek afgewezen, omdat er inmiddels een uitspraak was gedaan op het samenhangende beroep van verzoekster, dat ongegrond werd verklaard. Verzoekster had een asielaanvraag ingediend en mocht de behandeling daarvan in Nederland afwachten, waardoor een voorlopige voorziening niet meer nodig was. De voorzieningenrechter heeft ook geoordeeld dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.
De zaak betreft een besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, dat op 2 september 2023 aan verzoekster was medegedeeld dat haar recht op tijdelijke bescherming, zoals bedoeld in Richtlijn 2001/55/EG, eindigde op 4 september 2023. Tevens was verzoekster opgedragen Nederland binnen vier weken te verlaten en terug te keren naar Nigeria. Verzoekster heeft hiertegen beroep ingesteld, geregistreerd onder zaaknummer NL23.26579, en verzocht om een voorlopige voorziening. Tijdens de zitting op 21 november 2023 was verzoekster aanwezig, bijgestaan door haar gemachtigde, en was er ook een tolk aanwezig. De voorzieningenrechter heeft het verzoek behandeld en het onderzoek ter zitting gesloten.
De uitspraak is gedaan door mr. J.Y.B. Jansen, voorzieningenrechter, en is openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.