ECLI:NL:RBDHA:2023:20225

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
20 december 2023
Publicatiedatum
20 december 2023
Zaaknummer
NL23.38312
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag op grond van Dublin-regelgeving

In de zaak tussen een Syrische verzoeker en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 20 december 2023 uitspraak gedaan. De verzoeker, geboren op een onbekende datum en met een v-nummer dat niet is vermeld, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Deze aanvraag werd door de staatssecretaris op 4 december 2023 niet in behandeling genomen, omdat Finland verantwoordelijk werd geacht voor de behandeling van de asielaanvraag op basis van de Dublin-regelgeving.

De verzoeker heeft tegen dit besluit beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. In een eerdere uitspraak op dezelfde dag, onder zaaknummer NL23.38311, heeft de rechtbank al uitspraak gedaan op het beroep van de verzoeker. Hierdoor was er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening, en heeft de voorzieningenrechter het verzoek afgewezen.

De voorzieningenrechter heeft ook geoordeeld dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. A. Nieuwenhuis, in aanwezigheid van mr. A.E. Geçer als griffier, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.38312

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam], verzoeker

geboren op [geboortedatum],
van Syrische nationaliteit,
v-nummer: [v-nummer]
(gemachtigde: mr. Y. Izgi),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, de staatssecretaris.

Procesverloop

Bij besluit van 4 december 2023 (het bestreden besluit) heeft de staatssecretaris de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen op de grond dat Finland verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.

Overwegingen

De voorzieningenrechter doet op grond van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak zonder zitting.
Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL23.38311, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. A. Nieuwenhuis, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. A.E. Geçer, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.