Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.Het verdere verloop van de procedure
- [naam06] en [naam07] namens de gecertificeerde instelling;
- [naam08] , de pedagogisch medewerker van [naam01] , als toehoorder.
2.Het verzoek
Het hulpverleningspatroon van de afgelopen jaren heeft ervoor gezorgd dat hulpverlening nog nooit is afgerond. [naam01] is in de afgelopen jaren meerdere malen aangemeld bij verschillende afkicktrajecten maar is bij alle trajecten voortijdig vertrokken of kwam niet op de intake opdagen. Op [naam04] heeft [naam01] meerdere malen fysiek geweld gebruikt, dreigende uitspraken gedaan en is hij weggelopen. De ouders hebben weinig zicht en grip op [naam01] en voelen zich handelingsverlegen. Het lukt de ouders onvoldoende om volhoudend te handelen omdat zij conflicten willen voorkomen. Het gezin lijdt onder de problematiek en de ouders zijn overbelast. De ouders hebben zorgen over de veiligheid van [naam01] in relatie tot anderen.
De Raad handhaaft dan ook het eerdere verzoek om [naam01] uit huis te plaatsen in een instelling voor gesloten jeugdhulp voor de resterende drie maanden. De Raad vindt het positief dat [naam01] stapjes vooruit maakt tijdens zijn verblijf bij [naam04] . Dit zijn echter nog prille ontwikkelingen en er is meer tijd nodig om ervoor te zorgen dat deze positieve ontwikkeling wordt vastgehouden en voortgezet. Er moet nog gewerkt worden aan onder andere structuur, verminderen van het blowen, maken van contact, conformeren aan afspraken en weerbaarheid voor invloeden van buitenaf. Voor [naam01] moet duidelijk worden wat van hem verwacht wordt voor een mogelijke overstap naar een open setting. De Raad schat in dat een machtiging gesloten plaatsing van drie maanden zou moeten volstaan om het diagnostisch onderzoek te starten. In dezelfde periode kan [naam01] werken aan voorwaarden die nodig zijn om uit te stromen naar een open groep.