ECLI:NL:RBDHA:2023:20447

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
22 december 2023
Publicatiedatum
22 december 2023
Zaaknummer
NL23.25178
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Vereenvoudigde behandeling
Rechters
  • J. Boerlage - van den Bosch
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in bestuursrechtelijke zaak betreffende tijdelijke bescherming

In de zaak tussen een Nigeriaanse verzoeker en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 22 december 2023 uitspraak gedaan. De verzoeker had een verzoek ingediend om een voorlopige voorziening in te stellen tegen het besluit van de Staatssecretaris, dat zijn recht op tijdelijke bescherming, zoals bedoeld in Richtlijn 2001/55/EG, zou eindigen op 4 september 2023. De verzoeker heeft beroep ingesteld tegen dit besluit en verzocht om een voorlopige voorziening.

De zitting vond plaats op 7 november 2023, waar de gemachtigden van zowel de verzoeker als de verweerder aanwezig waren. Tijdens deze zitting is het verzoek om voorlopige voorziening behandeld samen met een ander beroep (NL23.25177). De rechtbank heeft op dezelfde dag uitspraak gedaan in dat beroep, waardoor het verzoek om een voorlopige voorziening niet meer nodig was. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om die reden afgewezen.

De uitspraak is gedaan door mr. J. Boerlage - van den Bosch, in aanwezigheid van R. de Boer, griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.25178

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam] , verzoeker,

van Nigeriaanse nationaliteit,
V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. E. Ebes),
en

de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. L.O. Augustinus).

Procesverloop

1. Bij het (gecorrigeerde) besluit van 29 augustus 2023 (het bestreden besluit) heeft verweerder aan verzoeker medegedeeld dat zijn recht op tijdelijke bescherming, als bedoeld in Richtlijn 2001/55/EG (de Richtlijn) en het daarop gebaseerde Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/382 (het Uitvoeringsbesluit), eindigt op 4 september 2023.
1.1.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
1.2.
De rechtbank heeft het verzoek op 7 november 2023 op zitting behandeld samen met het beroep (NL23.25177). Aan de zitting hebben deelgenomen: de gemachtigde van verzoeker en de gemachtigde van verweerder.

Overwegingen

2. De rechtbank heeft vandaag uitspraak gedaan op het beroep (NL23.25177). Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2.1.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J. Boerlage - van den Bosch, rechter, in aanwezigheid van R. de Boer, griffier en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.