ECLI:NL:RBDHA:2023:20548
Rechtbank Den Haag
- Vereenvoudigde behandeling
- S. Ketelaars - Mast
- Rechtspraak.nl
Intrekking beroep tegen niet tijdig beslissen op asielaanvraag en proceskostenvergoeding
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende een asielaanvraag. Verzoeker heeft op 14 september 2023 voor de tweede keer beroep ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op zijn asielaanvraag, die op 2 januari 2022 was ingediend. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft op 22 november 2023 de asielaanvraag ingewilligd, wat leidde tot een verzoek van verzoeker om vergoeding van proceskosten. De staatssecretaris heeft echter niet gereageerd op dit verzoek.
De rechtbank heeft partijen geïnformeerd dat een zitting niet nodig was en hen gevraagd of zij het daarmee eens waren. Aangezien er geen verzoek om een zitting is ingediend, heeft de rechtbank het onderzoek gesloten. De rechtbank interpreteerde de brief van verzoeker van 24 november 2023 als een intrekking van het beroep, waarbij verzoeker om proceskostenvergoeding vroeg.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de staatssecretaris niet tijdig op de aanvraag heeft beslist en dat deze de aanvraag heeft ingewilligd, waardoor de staatssecretaris geheel aan het beroep van verzoeker tegemoet is gekomen. De rechtbank heeft het verzoek om proceskostenvergoeding als kennelijk gegrond toegewezen en de staatssecretaris veroordeeld tot betaling van € 418,50 aan proceskosten, gebaseerd op de door een derde verleende rechtsbijstand. De uitspraak is gedaan door mr. S. Ketelaars - Mast, rechter, en is openbaar gemaakt.