ECLI:NL:RBDHA:2023:20715
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot verantwoordelijkheid Bulgarije
In de zaak tussen verzoeker en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de voorzieningenrechter op 28 december 2023 uitspraak gedaan. Verzoeker had op 13 oktober 2023 een asielaanvraag ingediend, maar de staatssecretaris besloot deze niet in behandeling te nemen, met het argument dat Bulgarije verantwoordelijk was voor de behandeling van de aanvraag. Hiertegen heeft verzoeker beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De zitting vond plaats op 20 december 2023, waarbij verzoeker, zijn gemachtigde, een tolk en de gemachtigde van de staatssecretaris aanwezig waren. Tijdens de zitting is het verzoek om voorlopige voorziening behandeld, maar de voorzieningenrechter heeft opgemerkt dat er inmiddels een uitspraak was gedaan in een andere zaak (zaaknummer NL23.32689) die betrekking had op het beroep van verzoeker. Hierdoor was de noodzaak voor een voorlopige voorziening niet meer aanwezig.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. A. Sibma, in aanwezigheid van mr. M.J.C. ten Hoopen als griffier, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.