ECLI:NL:RBDHA:2023:2112

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
23 februari 2023
Publicatiedatum
23 februari 2023
Zaaknummer
NL23.2500
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak met verwijzing naar verantwoordelijkheidsbeginsel

In de zaak tussen verzoeker, vertegenwoordigd door mr. B.H. Wezeman, en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 23 februari 2023 uitspraak gedaan. Verzoeker had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, maar deze aanvraag werd door de staatssecretaris niet in behandeling genomen. De reden hiervoor was dat Italië verantwoordelijk werd geacht voor de behandeling van de asielaanvraag, op basis van het verantwoordelijkheidsbeginsel binnen het Europese asielbeleid.

Verzoeker heeft tegen dit besluit beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 20 februari 2023 in Groningen, waar verzoeker aanwezig was met zijn gemachtigde. De staatssecretaris werd vertegenwoordigd door mr. T. der Bedrosian. Tijdens de zitting is het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld, samen met een andere zaak (NL23.2499).

De voorzieningenrechter heeft in een eerdere uitspraak op dezelfde dag in de andere zaak geoordeeld, waardoor het verzoek om een voorlopige voorziening niet meer nodig was. Om deze reden heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt via rechtspraak.nl en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.2500

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam], verzoeker

V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. T. der Bedrosian),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. B.H. Wezeman).

Procesverloop

Bij besluit van 25 januari 2023 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen op de grond dat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL23.2499, op 20 februari 2023 op zitting behandeld. Verzoeker is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL23.2499, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.Y.B. Jansen, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. M.A. Buikema, griffier. De uitspraak is gedaan op 23 februari 2023 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.