In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Den Haag het beroep van twee eisers, die de Syrische nationaliteit hebben, tegen de afwijzing van hun aanvraag voor een mvv nareis asiel. De aanvraag werd afgewezen door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 24 augustus 2022. Eisers hebben op 19 mei 2023 beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op hun bezwaar, waarna verweerder op 5 juni 2023 het bezwaar afwees. De rechtbank heeft het beroep op 19 december 2023 behandeld, maar eisers waren niet aanwezig. De rechtbank concludeert dat eisers niet in aanmerking komen voor een mvv nareis, omdat de referent, die op 19 januari 2022 een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd kreeg, meerderjarig is en geen alleenstaande minderjarige vreemdeling. Eisers betogen dat verweerder ten onrechte niet heeft getoetst aan het jongvolwassenenbeleid en artikel 8 van het EVRM, maar de rechtbank oordeelt dat verweerder niet verplicht was om dit te doen. De rechtbank verklaart het beroep tegen het niet tijdig beslissen niet-ontvankelijk, maar veroordeelt verweerder tot vergoeding van de proceskosten van eisers. Het beroep tegen het alsnog genomen besluit wordt ongegrond verklaard, en eisers krijgen geen griffierecht terug.