Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder,
Inleiding
Verweerder stelt zich op het standpunt dat Frankrijk op grond van de Dublinverordening verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag van verzoeker en hij heeft de Franse autoriteiten verzocht om verzoeker over te nemen. Op 23 augustus 2023 zijn de Franse autoriteiten hiermee akkoord gegaan.
Beslissing
Overwegingen
Verder vindt de voorzieningenrechter relevant dat de gemachtigde van verzoeker op de bewaringszitting namens verzoeker kan toelichten waarom hij vindt dat maatregel van bewaring onrechtmatig is. Verzoeker is ook niet onder alle omstandigheden verplicht om in persoon te verschijnen en zou wellicht zelfs met een beeldverbinding kunnen deelnemen aan de zitting. Dat hij is opgeroepen om op de zitting te verschijnen, staat ook niet in de weg aan de uitzetting. Uitzetting is immers het doel van de bewaringsmaatregel. De voorzieningenrechter vindt al met al dat de rechten van verzoeker niet zijn geschonden als hij morgen wordt uitgezet en niet bij de bewaringszitting aanwezig zal zijn.
Verzoeker wijst op de gebrekkige opvang in Frankrijk. Dit onderbouwt hij door te verwijzen naar het Aida rapport van mei 2023 over de tekortkomingen in de asielprocedure en de opvang in Frankrijk. Hij heeft daar al eerder mee te maken gehad. Hij was genoodzaakt op straat te leven en was verstoken van opvang en medische zorg. Verzoeker stelt dat zijn medische klachten zijn verergerd en dat hij traumatische ervaringen heeft opgedaan. Er is volgens hem sprake van een onmenselijke en vernederende behandeling zoals bedoeld in artikel 3 van het EVRM. Verder is volgens hem sprake van een schending van zijn privéleven als bedoeld in artikel 8 van het EVRM en artikel 7 van het Handvest. Vanwege de gebrekkige asielprocedure en opvangvoorzieningen in Frankrijk is sprake van vrees voor terugkeer naar Nigeria en daarmee van direct of indirect refoulement en strijd met artikel 3 van het EVRM.