In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 4 juli 2023 een beschikking gegeven in een procedure betreffende gezamenlijke toegang van ouders na ouderschapsbemiddeling. De ouders, vertegenwoordigd door hun advocaten, hebben na een traject van ouderschapsbemiddeling op 9 juni 2023 een ouderschapsplan ondertekend. Dit ouderschapsplan is door de rechtbank aan de beschikking gehecht, waardoor het deel uitmaakt van de beschikking. De rechtbank heeft in eerdere beschikkingen al voorlopige afspraken gemaakt over de zorgregeling en kinderalimentatie, en heeft nu besloten dat er geen verdere beslissingen meer nodig zijn over het gezag en de zorgregeling, aangezien de ouders dit gezamenlijk hebben geregeld.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de vader kinderalimentatie betaalt en dat de omgangsregeling voorlopig is vastgesteld. De ouders hebben gezamenlijk een verzoek ingediend om het ouderlijk gezag uit te oefenen, wat betekent dat de rechtbank hierop geen beslissing meer hoeft te nemen. De beschikking is uitgesproken ter openbare zitting en is uitvoerbaar bij voorraad verklaard. De rechtbank heeft de beschikking gegeven door kinderrechter mr. L. Koper, bijgestaan door griffier mr. R.P. Bas.