ECLI:NL:RBDHA:2023:21976

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
8 december 2023
Publicatiedatum
29 februari 2024
Zaaknummer
NL23.34589
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot Dublin-regelgeving

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 8 december 2023 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. De zaak betreft een verzoeker die een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd heeft aangevraagd, maar wiens aanvraag door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid niet in behandeling is genomen. De staatssecretaris heeft zich beroepen op de Dublin-regelgeving, waarbij Bulgarije verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag.

De verzoeker heeft tegen dit besluit beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 28 november 2023, waarbij de verzoeker werd vertegenwoordigd door mr. T. der Bedrosian, als waarnemer van zijn gemachtigde mr. Y. Izgi. De staatssecretaris was vertegenwoordigd door mr. A. Maas.

De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen aangegeven dat er inmiddels een uitspraak is gedaan in een gerelateerde zaak (NL23.34588), waardoor een voorlopige voorziening niet meer nodig is. Het verzoek om een voorlopige voorziening is dan ook afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL23.34589
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[verzoeker] , V-nummer: [V-nummer] , verzoeker (gemachtigde: mr. Y. Izgi),

en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, (gemachtigde: mr. A. Maas).

Procesverloop

Bij besluit van 31 oktober 2023 (het bestreden besluit) heeft de staatssecretaris de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen op de grond dat Bulgarije verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL23.34588, op 28 november 2023 op zitting behandeld. Verzoeker heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. T. der Bedrosian, als waarnemer van zijn gemachtigde. De staatssecretaris heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL23.34588, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B. Fijnheer, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van
K.F.K. Hoogbruin, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
08 december 2023

Documentcode: [documentcode]

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.