Uitspraak
RECHTBANK Den Haag
1.De procedure
- de mondelinge behandeling van 24 maart 2023, waarbij van de zijde van [gedaagde] nog stukken zijn overgelegd;
- de pleitnota van Succes Factory.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 2 mei 2023 uitspraak gedaan in een kort geding tussen THE SUCCES FACTORY B.V. en een gedaagde partij. De eisende partij, Succes Factory, vorderde ontruiming van een kiosk die zij verhuurde aan de gedaagde, vanwege een aanzienlijke huurachterstand. De huurovereenkomst was aangegaan voor vijf jaar, met een maandelijkse huurprijs van € 2.659,58. De gedaagde had vanaf september 2022 geen huur meer betaald, waardoor de huurachterstand opliep tot € 17.954,78. Succes Factory had de gedaagde eerder huurkortingen en deelbetalingen toegestaan, maar de gedaagde voldeed niet aan de betalingsverplichtingen.
De voorzieningenrechter overwoog dat de gedaagde in strijd met de huurovereenkomst handelde door de huur niet tijdig te betalen. De rechter stelde vast dat de gedaagde niet in staat was om de huurachterstand in te lopen en dat de belangen van Succes Factory om het gehuurde te ontruimen zwaarder wogen dan het belang van de gedaagde om in het gehuurde te blijven. De rechter oordeelde dat de bodemrechter waarschijnlijk de huurovereenkomst zou ontbinden en dat de gedaagde het gehuurde moest ontruimen. De gedaagde kreeg een termijn van veertien dagen om het gehuurde te verlaten.
Daarnaast werd de gedaagde veroordeeld tot betaling van buitengerechtelijke incassokosten en proceskosten aan Succes Factory. De voorzieningenrechter wees de vorderingen van Succes Factory grotendeels toe, met uitzondering van de vorderingen tot betaling van de huurtermijnen en boetes, waarvoor de rechter terughoudendheid aan de dag legde. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.