Op 20 januari 2023 heeft de Rechtbank Den Haag een tussenbeschikking gegeven in een zaak betreffende het verzoek tot ontslag van een executeur, ingevolge artikel 4:149 BW. Verzoekster, die niet als erfgenaam in het testament van erflaatster is benoemd, verzoekt de kantonrechter om verweerder, de benoemde executeur, te ontslaan. Dit verzoek is gebaseerd op de mogelijke betrokkenheid van verweerder en zijn echtgenote bij het overlijden van erflaatster, waarvoor de politie een oriënterend strafrechtelijk onderzoek heeft ingesteld. De kantonrechter heeft vastgesteld dat verzoekster niet-ontvankelijk is in haar verzoek, omdat zij niet behoort tot de categorie personen die het recht hebben om een verzoek tot ontslag van de executeur in te dienen. Desondanks heeft de kantonrechter ambtshalve besloten om verweerder als executeur te schorsen, gezien het lopende strafrechtelijke onderzoek. De kantonrechter heeft bepaald dat verzoekster en verweerder zich uiterlijk op 8 maart 2023 moeten uitlaten over de stand van zaken met betrekking tot het onderzoek. De beslissing houdt iedere verdere beslissing aan.