ECLI:NL:RBDHA:2023:2589

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
20 februari 2023
Publicatiedatum
6 maart 2023
Zaaknummer
NL22.11580
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing asielaanvraag van Nigeriaanse eiser wegens ongeloofwaardigheid van verklaringen over arrestatie en marteling

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 20 februari 2023 uitspraak gedaan in een asielprocedure van een Nigeriaanse eiser. De eiser had op 27 februari 2021 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, welke door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid op 2 juli 2022 werd afgewezen. De rechtbank ontving het beroepschrift van de eiser op 21 juni 2022 en behandelde de zaak op 9 januari 2023. De eiser, bijgestaan door zijn gemachtigde, heeft verklaard dat hij in Nigeria is gearresteerd en gemarteld door de autoriteiten vanwege zijn vermeende betrokkenheid bij een politieke groepering. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de verklaringen van de eiser ongeloofwaardig zijn, omdat hij op verschillende punten tegenstrijdige verklaringen heeft afgelegd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiser niet voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij bij terugkeer naar Nigeria vreest voor vervolging. De rechtbank heeft de stelling van de eiser dat zijn verklaringen mogelijk zijn beïnvloed door miscommunicatie met de tolk, verworpen. De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris terecht heeft geoordeeld dat de eiser niet als een réfugié sur place kan worden aangemerkt, omdat hij geen bewijs heeft geleverd van politieke activiteiten in Nederland. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Amsterdam
Bestuursrecht
Zaaknummer: NL22.11580
[v-nummer]

uitspraak van de enkelvoudige kamer voor vreemdelingenzaken in de zaak tussen

[eiser] , eiser

geboren op [geboortedatum] 1971, van Nigeriaanse nationaliteit, eiser
(gemachtigde: mr. S. Selbach),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. M.F. Aly).

Procesverloop

Bij besluit van 2 juli 2022 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van eiser van 27 februari 2021 tot verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd afgewezen.
Op 21 juni 2022 heeft de rechtbank het beroepschrift van eiser ontvangen.
Het beroep is op 9 januari 2023 op zitting behandeld. Eiser is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Verweerder is vertegenwoordigd door zijn voornoemde gemachtigde. Ook was [persoon] , tolk in de taal [streektaal] , op de zitting aanwezig. De rechtbank heeft het onderzoek op de zitting gesloten.

Overwegingen

Inleiding
1. Eiser heeft de Nigeriaanse nationaliteit en is geboren op [geboortedatum] 1971. Op 27 februari 2021 heeft hij een asielaanvraag ingediend.
Asielrelaas
2. Eiser heeft – samenvattend – het volgende relaas aan zijn asielaanvraag ten grondslag gelegd. In januari 2013 is hij naar [plaats] gegaan om een woningmakelaar te bezoeken. Op die locatie was tegelijkertijd een vergadering gaande van de [naam groepering] , een groepering die strijdt voor een onafhankelijk [naam republiek] . De politie is tijdens de vergadering binnengevallen om leden van de [naam groepering] te arresteren en heeft hierbij ook eiser aangehouden. Eiser is vervolgens vastgehouden op het politiebureau en gemarteld door de politie, de mobiele eenheid en militairen. De politie wilde eiser doden door hem samen met anderen onder het zeil in de zon te laten liggen zodat ze zouden stikken. Eiser is met behulp van een [regio taal] soldaat ontsnapt doordat hij deed alsof hij dood was. Hij is vervolgens teruggegaan naar zijn appartement in [plaats 2] , waar hij vreemde mensen zijn woning binnen zag gaan. Eiser wist dat de vreemde mensen dezelfde agenten waren die hem in [plaats] hadden mishandeld. Omdat eiser niet opnieuw door de Nigeriaanse autoriteiten gearresteerd wilde worden, heeft hij besloten het land verlaten.
Relevante elementen
3. Het asielrelaas bevat volgens verweerder de volgende relevante elementen:
Identiteit, nationaliteit en herkomst; en,
Betrokkene is opgepakt en gemarteld wegens verdenkingen van het behoren tot de [naam groepering] .
Verweerder heeft element a geloofwaardig geacht. De verklaringen van eiser over element b vindt verweerder echter niet geloofwaardig, omdat hij op verschillende onderdelen wisselende verklaringen heeft afgelegd. Verweerder stelt zich op het standpunt dat eiser bij terugkeer naar Nigeria niet heeft te vrezen voor vervolging in de zin van het Vluchtelingenverdrag [1] , dan wel een reëel risico loopt op ernstige schade als bedoeld in artikel 3 van het EVRM [2] . Eiser kan niet worden aangemerkt als een réfugié sur place op grond van de politieke activiteiten voor de onafhankelijkheid van [naam republiek] die hij na zijn vertrek uit Nigeria heeft ondernomen. De verklaringen van eiser over het delen van berichten over de [naam republiek] [3] op Facebook komen niet overeen met de sociale media van eiser, nu op zijn Facebookpagina geen politieke berichten zijn te vinden. Zelfs als eiser politieke activiteiten zou hebben ontplooid, kan hij volgens verweerder niet worden aangemerkt als réfugié sur place. Dat eiser een fundamentele politieke overtuiging heeft en in de negatieve aandacht van de Nigeriaanse autoriteiten staat, wordt namelijk niet gevolgd.
Beroepsgronden eiser
4. Eiser bestrijdt verweerders standpunt dat hij ongeloofwaardig heeft verklaard over zijn arrestatie en marteling wegens verdenkingen van het behoren tot de [naam groepering] . Eiser stelt bij het aanmeldgehoor te hebben gevraagd om een tolk [streektaal] . Weliswaar heeft eiser aangegeven de tolk Pidgin Engels te kunnen verstaan, maar dit neemt niet weg dat sprake kan zijn van misvattingen of onjuiste vertalingen die een deel van de tegenstrijdigheden kunnen verklaren. Dat eiser kennis heeft van de taal [regio taal] en daarom met de [regio taal] soldaat kon communiceren, kan eenvoudig worden verklaard door zijn woonplaats en zijn zakelijke contacten. Dat hij desgevraagd niet heeft aangegeven deze taal te spreken, maakt niet dat dit ongeloofwaardig is. Hij heeft er immers eenvoudigweg niet aan gedacht toen hem gevraagd werd welke talen hij spreekt, omdat hij nauwelijks [regio taal] hoeft te spreken. Ook werpt verweerder ten onrechte tegen dat hij tegenstrijdig heeft verklaard over zijn detentie: de vergissing tussen de stad [plaats 3] en [plaats 4] is namelijk zo gemaakt. Eiser stelt verder dat verweerder ten onrechte niet heeft doorgevraagd over zijn verwondingen door de martelingen. Verweerder werpt ten onrechte tegen dat tegenstrijdig is verklaard over wat er is gebeurd na zijn ontsnapping naar zijn woning in [plaats 2] . De verschillende bronnen waaruit eiser heeft vernomen dat zijn huis in de gaten werd gehouden, kunnen namelijk allen kloppen. Wat betreft de politieke betrokkenheid van eiser na zijn vertrek uit Nigeria, stelt eiser dat Facebook automatisch berichten van zijn account verwijdert. Dat er geen politiek gedeelde berichten op zijn account staan is dan ook niet controleerbaar. Bovendien gebruikte eiser ook een Facebookpagina met een andere naam. Ook heeft verweerder het Twitteraccount van eiser niet onderzocht. Tot slot stelt eiser dat je als lid van de [streektaal] -gemeenschap al snel als lid van de [naam republiek] wordt gezien, zeker als je al in de negatieve aandacht van de autoriteiten staat.
Beoordeling rechtbank
5. De rechtbank is van oordeel dat verweerder eisers verklaringen over zijn arrestatie en marteling door de Nigeriaanse autoriteiten niet ten onrechte niet geloofwaardig heeft geacht, omdat eiser op verschillende punten wisselende verklaringen heeft afgelegd. Verweerder heeft zich in de eerste plaats terecht op het standpunt gesteld dat eiser tegenstrijdig heeft verklaard over de reden van zijn aanhouding. Eiser heeft namelijk in het aanmeldgehoor verklaard door de lokale autoriteiten te zijn aangehouden vanwege zijn deelname aan een protestactie voor [naam republiek] in 2013. [4] In het nader gehoor heeft eiser echter verklaard dat hij werd opgepakt omdat – op het moment dat hij de woningmakelaar bezocht – toevallig gelijktijdig een vergadering van de [naam groepering] werd georganiseerd waaraan hij niet zelf heeft deelgenomen. [5] De hoormedewerker heeft vervolgens aan eiser gevraagd waarom hij niets heeft verteld over het meedoen aan de protestactie in 2013. Hierop heeft eiser geantwoord dat de tolk mogelijk een fout heeft gemaakt, dat hij nooit heeft gezegd dat hij heeft deelgenomen aan een protest en dat hij ook in het aanmeldgehoor heeft verteld dat hij een afspraak met een woningmakelaar had. [6] Dit vormt naar het oordeel van de rechtbank geen afdoende verklaring voor de geconstateerde tegenstrijdigheid. Eiser heeft in het aanmeldgehoor immers uitdrukkelijk verklaard dat dat hij zich in het noordelijke deel van Nigeria niet kon uiten, maar dat hij in [plaats] wel kon meedoen en dat dit de enige keer was dat hij deelnam aan de protesten. [7] Verweerder stelt daarnaast terecht dat een eventuele vertaalfout van de tolk niet wegneemt dat eiser in het aanmeldgehoor niets heeft verklaard over zijn afspraak met de makelaar en dat hij vanwege die afspraak toevallig aanwezig was bij een vergadering van de [naam groepering] .
6. Verweerder heeft verder terecht aan eiser tegengeworpen dat hij tegenstrijdig heeft verklaard over zijn detentie. Dat eiser zich mogelijk heeft vergist in het verschil tussen de stad [plaats 3] en [plaats 4] neemt namelijk niet weg dat eiser ook wisselend heeft verklaard over het aantal dagen dat hij in detentie heeft gezeten. Hij heeft immers eerst verklaard acht dagen vast te hebben gezeten op een politiebureau in de stad [plaats 3] , [8] maar later dat hij zes dagen heeft vastgezeten op een politiebureau in de stad [plaats 5] , de hoofdstad van [plaats 4] . [9] Verweerder heeft daarnaast terecht aan eiser tegengeworpen dat hij wisselend heeft verklaard over zijn ontsnapping met behulp van de [regio taal] -soldaat. Eiser heeft in het aanmeldgehoor op de vraag of hij naast het Pidgin Engels nog andere talen spreekt, geantwoord dat hij alleen Engels en Pidgin Engels spreekt. [10] Dit is tegenstrijdig met eisers verklaring dat hij met behulp van een soldaat met wie hij de taal [regio taal] sprak, heeft weten te ontsnappen. [11] Dat eiser kennis heeft van de taal [regio taal] vanwege zijn woonplaats en zakelijke contacten en er eenvoudigweg niet aan heeft gedacht deze taal te nemen omdat hij nauwelijks [regio taal] hoeft te spreken, vormt geen afdoende verklaring waarom hij deze taal niet eerder heeft genoemd. Eiser heeft namelijk uitdrukkelijk verklaard naast Engels en Pidgin Engels geen andere talen te spreken. Verder heeft verweerder aan eiser terecht tegengeworpen dat hij tegenstrijdige verklaringen heeft afgelegd over wat er na zijn ontsnapping in [plaats 2] is gebeurd. Eiser heeft namelijk eerst verklaard dat hij zelf heeft gezien dat mensen zijn woning waren binnengegaan, dat hem na thuiskomst werd verteld wie het waren en dat hij toen meteen wist dat het dezelfde personen waren die hem in [plaats] hadden mishandeld. [12] Terwijl hij later heeft verklaard dat hij die mensen zelf nooit heeft gezien, maar vermoedde dat zij het waren. [13]
7. Eisers stelling dat een deel van de door verweerder geconstateerde tegenstrijdigheden kan worden verklaard doordat hij door een tolk Pidgin Engels is gehoord, in plaats van een tolk [streektaal] , volgt de rechtbank niet. Eiser heeft in het aanmeldgehoor verklaard dat hij alleen Engels en Pidgin Engels spreekt en heeft daarbij niet de taal [streektaal] genoemd. Uit het verslag van het aanmeldgehoor blijkt niet dat hij om een tolk [streektaal] heeft gevraagd. Bovendien kan uit de verslagen van het aanmeldgehoor en het nader gehoor niet worden afgeleid dat sprake was van misvattingen of onjuiste vertalingen door de tolk. Aan het eind van het aanmeldgehoor heeft eiser aangegeven dat hij de tolk Pidgin Engels goed heeft verstaan. [14] In het nader gehoor heeft hij op de vraag of hij voldoende Pidgin Engels spreekt om het gehoor te doen, geantwoord dat als hij iets niet begrijpt hij zal vragen om dit te herhalen. [15] Later in het nader gehoor heeft eiser vier keer verklaard dat hij de tolk goed heeft kunnen verstaan en begrijpen. [16] Ook heeft eiser geen correcties of aanvullingen op het nader gehoor ingediend waarin verbeteringen of aanvullingen op het verslag van het nader gehoor zijn aangebracht.
8. Verweerder heeft zich verder terecht op het standpunt gesteld dat eiser niet als een réfugié sur place kan worden aangemerkt, omdat niet is gebleken dat eiser op zijn sociale media politieke activiteiten heeft ontplooid. Het is in de eerste plaats aan eiser om aannemelijk te maken dat hij na zijn vlucht in Nederland politieke activiteiten heeft ontplooid en op grond daarvan bij terugkeer naar Nigeria een gegronde vrees voor vervolging heeft. Dat heeft eiser niet gedaan. Hij heeft immers niet toegelicht onder welke andere naam hij een Facebookaccount heeft en wat de naam van zijn Twitteraccount is. Verweerder was dan ook niet gehouden hier nader onderzoek naar te doen.
9. Eisers stelling dat je als lid van de [streektaal] -gemeenschap al snel door de Nigeriaanse autoriteiten als vermeend lid van de [naam republiek] wordt gezien, zeker als je in de negatieve aandacht van de autoriteiten staat, leidt niet tot een ander oordeel. Eiser heeft deze stelling namelijk niet verder onderbouwd en evenmin aannemelijk gemaakt dat hij in de negatieve aandacht van de Nigeriaanse autoriteiten staat.
Conclusie
10. Het beroep is ongegrond.
11. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. Y. Moussaoui, rechter, in aanwezigheid van mr. F.W. Victoor, griffier.

Bent u het niet eens met deze uitspraak?

Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een beroepschrift. U moet dit beroepschrift indienen binnen 4 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven.

Voetnoten

1.Verdrag betreffende de status van vluchtelingen.
2.Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden.
3.[naam republiek] of [naam republiek] .
4.Zie pagina 9 en 10 van het aanmeldgehoor.
5.Zie pagina 6, 9 en 11 van het nader gehoor.
6.Zie pagina 23 van het nader gehoor.
7.Zie pagina 9 en 10 van het aanmeldgehoor.
8.Zie pagina 2 van het proces-verbaal van het gehoor door de politie van 27 februari 2021.
9.Zie pagina 6, 7 en 12 nader gehoor.
10.Zie pagina 4 van het aanmeldgehoor.
11.Zie pagina 13 van het nader gehoor.
12.Zie pagina 7 van het nader gehoor.
13.Zie pagina 16 en 17 van het nader gehoor.
14.Zie pagina 14 van het aanmeldgehoor.
15.Zie pagina 2 van het nader gehoor.
16.Zie pagina 8, 14, 20 en 23 van het nader gehoor.