ECLI:NL:RBDHA:2023:2604

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
6 februari 2023
Publicatiedatum
6 maart 2023
Zaaknummer
NL23.290
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak met proceskostenveroordeling

In de uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 6 februari 2023, zaaknummer NL23.290, is het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Dit verzoek was ingediend door de verzoeker, die een asielaanvraag had ingediend, maar wiens aanvraag door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid niet in behandeling was genomen. De verzoeker had beroep ingesteld tegen het bestreden besluit van 4 januari 2023 en vroeg de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 24 januari 2023 behandeld, waarbij de verzoeker werd bijgestaan door zijn gemachtigde, mr. M. Luijendijk, en een tolk, F. Haloob, aanwezig was. De verweerder, vertegenwoordigd door mr. A.R.J. Maas, heeft een verweerschrift ingediend.

In de uitspraak van dezelfde dag, in de zaak met nummer NL23.289, heeft de rechtbank al uitspraak gedaan op het beroep van de verzoeker. Hierdoor was een voorlopige voorziening niet meer nodig, en heeft de voorzieningenrechter het verzoek om die reden afgewezen. Echter, de voorzieningenrechter heeft de verweerder wel veroordeeld in de proceskosten die de verzoeker heeft gemaakt, vastgesteld op € 837,00, op basis van het Besluit proceskosten bestuursrecht. De uitspraak is openbaar gemaakt op 6 februari 2023, en tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL23.290
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen
[verzoeker], verzoeker V-nummer: [V-nummer] (gemachtigde: mr. M. Luijendijk),
en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: mr. A.R.J. Maas).

Procesverloop

In het besluit van 4 januari 2023 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoeker niet in behandeling genomen.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, samen met de zaak NL23.289, op 24 januari 2023 op zitting behandeld. Verzoeker is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Als tolk is verschenen F. Haloob. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. In de uitspraak van vandaag, zaaknummer NL23.289, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Gelet op de uitkomst van de bodemzaak veroordeelt de voorzieningenrechter verweerder wel in de door verzoeker gemaakte proceskosten. Deze kosten stelt de voorzieningenrechter op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op € 837,00 (1 punt voor het indienen van het verzoekschrift met een waarde per punt van € 837,- en een wegingsfactor 1).

Beslissing

De voorzieningenrechter:
  • wijst het verzoek om voorlopige voorziening af;
  • veroordeelt verweerder in de proceskosten van verzoeker tot een bedrag van € 837,00.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B. Fijnheer, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. S. Westerhof, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
06 februari 2023

Documentcode: [documentcode]

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.