ECLI:NL:RBDHA:2023:2608
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Asielaanvraag niet in behandeling genomen op grond van interstatelijk vertrouwensbeginsel met betrekking tot Frankrijk
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 3 februari 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de asielaanvraag van eiser, die niet in behandeling is genomen door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De rechtbank heeft geoordeeld dat Frankrijk verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag van eiser op basis van de Dublinverordening, aangezien eiser daar eerder een asielaanvraag heeft ingediend. Eiser heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, waarbij hij aanvoert dat er in Frankrijk structurele tekortkomingen zijn in de opvangvoorzieningen, wat hij zelf heeft ervaren. Hij stelt dat hij gedwongen is de opvang te verlaten terwijl hij ernstig ziek was en medische zorg nodig had. Eiser betoogt dat hij bij terugkeer naar Frankrijk een reëel gevaar loopt dat zijn grondrechten worden geschonden.
De rechtbank heeft echter geoordeeld dat eiser onvoldoende bewijs heeft geleverd om aan te tonen dat verweerder niet langer van het interstatelijk vertrouwensbeginsel mag uitgaan. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser tijdens zijn asielprocedures in Frankrijk opvang heeft gehad en dat zijn stellingen over de opvang in Frankrijk niet voldoende onderbouwd zijn. Bovendien heeft de rechtbank geoordeeld dat verweerder geen nader onderzoek hoefde te doen naar de gezondheidstoestand van eiser, omdat hij geen medische stukken heeft overgelegd die zijn claims ondersteunen. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en bevestigd dat de aanvraag niet in behandeling is genomen omdat Frankrijk verantwoordelijk is voor de asielprocedure.