ECLI:NL:RBDHA:2023:2782
Rechtbank Den Haag
- Vereenvoudigde behandeling
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag op grond van Dublin-regelgeving
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 8 maart 2023 uitspraak gedaan in het kader van een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, een man van Angolese nationaliteit, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Deze aanvraag werd door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid niet in behandeling genomen, omdat Portugal volgens de Dublin-regelgeving verantwoordelijk werd geacht voor de behandeling van de asielaanvraag. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De zitting vond plaats op 3 maart 2023 in Groningen, waar verzoeker werd bijgestaan door zijn gemachtigde, mr. M.R. Verdoner. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld, maar heeft geconcludeerd dat deze niet meer nodig was, aangezien er op dezelfde dag uitspraak is gedaan in de aanverwante zaak NL22.1201, waarin het beroep van verzoeker werd behandeld. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening dan ook afgewezen.
De uitspraak is gedaan door mr. J.Y.B. Jansen, in aanwezigheid van griffier R. de Boer. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.