ECLI:NL:RBDHA:2023:2785

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
2 maart 2023
Publicatiedatum
8 maart 2023
Zaaknummer
AWB 19/8692
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • B.F.Th. de Roos
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan op het verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een beroep tegen de afwijzing van een aanvraag voor een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd. De aanvraag was gedaan door een groep verzoekers, waaronder [naam 1], [naam 2], [naam 3], [naam 4] en [naam 5], die allen een V-nummer hebben. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid was de verweerder in deze zaak.

Het primaire besluit, genomen op 16 september 2019, wees de aanvraag af op grond van de Afsluitingsregeling langdurig verblijvende kinderen. Dit besluit werd in het bestreden besluit van 14 december 2020 bevestigd, waarbij het bezwaar van de verzoekers ongegrond werd verklaard. Hierop hebben de verzoekers beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.

De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht uitspraak gedaan zonder zitting. De rechtbank heeft vastgesteld dat er inmiddels uitspraak is gedaan op het beroep dat verband houdt met het verzoek om voorlopige voorziening (zaaknummer AWB 20/9455), waardoor een voorlopige voorziening niet meer nodig is. Om deze reden heeft de voorzieningenrechter het verzoek afgewezen. Tevens is bepaald dat de verweerder geen proceskosten hoeft te vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. B.F.Th. de Roos, in aanwezigheid van mr. A.J.J. Sterks als griffier, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: AWB 19/8692

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam 1], verzoekster I, V-nummer: [nummer]

[naam 2],verzoeker, V-nummer: [nummer]
[naam 3],verzoekster II, V-nummer: [nummer]
[naam 4],verzoekster III, V-nummer: [nummer]
[naam 5],verzoekster IV, V-nummer: [nummer]
tezamen: verzoekers,
(gemachtigde: mr. I.C. van Krimpen),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.

Procesverloop

In het besluit van 16 september 2019 (primair besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoekers tot het verlenen van een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd onder de beperking ‘niet-tijdelijke humanitaire gronden’ op grond van de Afsluitingsregeling langdurig verblijvende kinderen (de Afsluitingsregeling) afgewezen.
In het besluit van 14 december 2020 (bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van verzoekers tegen het primaire besluit ongegrond verklaard.
Verzoekers hebben tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Ook hebben zij de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter doet op grond van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht uitspraak zonder zitting.

Overwegingen

1. De rechtbank heeft uitspraak gedaan op het beroep waarop dit verzoek om een voorlopige voorziening betrekking heeft (zaaknummer AWB 20/9455). Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Verweerder hoeft geen proceskosten te betalen.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B.F.Th. de Roos, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. A.J.J. Sterks, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op
www.rechtspraak.nl.
De voorzieningenrechter is niet in de gelegenheid deze uitspraak mede te ondertekenen.
Afschrift verzonden aan partijen op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak?

Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.