ECLI:NL:RBDHA:2023:4321
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak
In de zaak tussen [naam], verzoeker, en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder, heeft de rechtbank Den Haag op 24 maart 2023 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. De verzoeker had op 6 februari 2023 een asielaanvraag ingediend, welke door de staatssecretaris als kennelijk ongegrond is afgewezen. Hierop heeft verzoeker beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting.
De rechtbank heeft in haar uitspraak het beroep van verzoeker ongegrond verklaard, wat betekent dat de afwijzing van de asielaanvraag standhoudt. Gezien deze uitspraak is het verzoek om een voorlopige voorziening als kennelijk ongegrond afgewezen. Daarnaast is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. E.F. Bethlehem, voorzieningenrechter, en is openbaar gemaakt via geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.