ECLI:NL:RBDHA:2023:4768

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
16 februari 2023
Publicatiedatum
5 april 2023
Zaaknummer
NL23.1716
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak na eerdere uitspraak

In de zaak tussen de verzoeker, vertegenwoordigd door mr. M.L. van Leer, en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, vertegenwoordigd door M. Ruijzendaal, heeft de Rechtbank Den Haag op 16 februari 2023 uitspraak gedaan in het kader van een verzoek om een voorlopige voorziening. De verzoeker had eerder een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, welke door de Staatssecretaris op 12 januari 2023 buiten behandeling was gesteld. Dit gebeurde omdat de verzoeker niet was verschenen op een nadere gehoor op 28 december 2022. Tevens was er een terugkeerbesluit en een inreisverbod voor twee jaar opgelegd aan de verzoeker.

Naar aanleiding van het bestreden besluit heeft de verzoeker beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. Dit verzoek is samen met het beroep behandeld op 7 februari 2023. De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen aangegeven dat, gezien de eerdere uitspraak op 16 februari 2023, het verzoek om een voorlopige voorziening niet meer nodig is.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening dan ook afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL23.1716
de uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[verzoeker] , V-nummer: [V-nummer] , verzoeker (gemachtigde: mr. M.L. van Leer),

en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: M. Ruijzendaal).

Procesverloop

Bij besluit van 12 januari 2023 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd buiten behandeling gesteld, omdat verzoeker niet op het nadere gehoor op 28 december 2022 was verschenen. Daarnaast is aan verzoeker een terugkeerbesluit uitgevaardigd en is een inreisverbod voor de duur van twee jaar opgelegd.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Daarnaast heeft hij de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
Het verzoek is, samen met het beroep met zaaknummer NL23.1715, op 7 februari 2023 op zitting behandeld. Verzoeker en verweerder hebben zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van 16 februari 2023, zaaknummer NL23.1716, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. A.A.M. Elzakkers, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. Z.E.M. van der Maas, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.