ECLI:NL:RBDHA:2023:4818
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- A. Nieuwenhuis
- M.B.A. Mensink
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in vreemdelingenzaak
In deze zaak heeft verzoekster, een vreemdeling, bezwaar gemaakt tegen een besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, dat op 20 april 2022 is genomen. Verzoekster heeft op 20 april 2022 een bezwaarschrift ingediend tegen dit besluit en verzocht om een voorlopige voorziening. De Staatssecretaris heeft op 4 november 2022 het bezwaar ongegrond verklaard, waarna verzoekster beroep heeft ingesteld. De voorzieningenrechter heeft op 6 april 2023 uitspraak gedaan in de bodemzaak en het beroep ongegrond verklaard. Hierdoor was de noodzaak voor een voorlopige voorziening niet meer aanwezig. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. Deze uitspraak is gedaan door mr. A. Nieuwenhuis, voorzieningenrechter, en is openbaar gemaakt op 6 april 2023.