ECLI:NL:RBDHA:2023:5170
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag met verwijzing naar Dublinverordening
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 21 maart 2023 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. Verzoeker, vertegenwoordigd door mr. H.J. Janse, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Deze aanvraag werd door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, vertegenwoordigd door mr. A. Bondarev, niet in behandeling genomen, omdat Spanje volgens de Dublinverordening verantwoordelijk was voor de behandeling van de asielaanvraag.
Verzoeker heeft tegen dit besluit beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 21 maart 2023, maar verzoeker en zijn gemachtigde waren niet aanwezig. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening behandeld, samen met een andere zaak (NL23.4881), waarin op dezelfde dag uitspraak is gedaan.
De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat, aangezien er in de andere zaak al een uitspraak is gedaan, er geen noodzaak meer is voor een voorlopige voorziening. Het verzoek is daarom afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt op dezelfde dag, 21 maart 2023, en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.