ECLI:NL:RBDHA:2023:528
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid beroep wegens ontbreken procesbelang na verwijdering kunstgrasveld
In deze zaak hebben eisers, eigenaren van een perceel in Noordwijk, beroep ingesteld tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders. Dit besluit hield in dat eisers een last onder dwangsom opgelegd kregen vanwege het gebruik van hun perceel in strijd met het bestemmingsplan. De eisers hebben een trampoline, erfafscheiding en een kunstgrasveld op hun perceel, wat door de Omgevingsdienst als een overtreding werd aangemerkt. Na een aantal besluiten en een zitting, waarin de rechtbank het onderzoek heropende, bleek dat eisers het kunstgrasveld in mei 2021 hadden verwijderd. Hierdoor was de overtreding ongedaan gemaakt en had het bestreden besluit feitelijk geen betekenis meer voor eisers.
De rechtbank heeft vervolgens overwogen of eisers nog procesbelang hadden bij hun beroep. Aangezien de overtreding was opgeheven en het college het bestreden besluit had ingetrokken, concludeerde de rechtbank dat eisers geen actueel en reëel belang meer hadden bij een inhoudelijke beoordeling van hun beroep. De stelling van eisers dat zij schade hadden geleden, werd niet onderbouwd met een verzoek om schadevergoeding, waardoor ook hier geen procesbelang uit voortvloeide. De rechtbank heeft het beroep daarom niet-ontvankelijk verklaard en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door mr. D.R. van der Meer en is openbaar uitgesproken op 9 januari 2023. Een afschrift van de uitspraak is verzonden aan de betrokken partijen.