Uitspraak
[bedrijf werkgever],
1.1. De procedure1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
2.Feiten2.1. [werknemer] is op 22 november 2021 in dienst getreden bij [werkgever] als [functie werknemer] in de door hem gedreven [praktijk] , tegen een salaris van € 2.133,88 bruto per maand (voor 32 uur), te vermeerderen met 8% vakantietoeslag en een eindejaarsuitkering.
Datum in dienst: 22-11-2021
“Waarom zou een bedrijfsarts bezwaar hebben tegen werkzaamheden? Begrijpt u wel helemaal wat de functie van een bedrijfsarts is? Ik verleng het contract van [werknemer] niet als ik niet op korte termijn meer inspanning van haar kant zie.”
Zoals ik u reeds eerder kenbaar gemaakt heb is het contract van [werknemer] 22-11-2022 afgelopen”. [werkgever] heeft een eindafrekening opgemaakt. Mediation heeft niet plaatsgevonden.
3.De verzoeken en verweren3.1. [werknemer] heeft primair verzocht [werkgever] te veroordelen tot betaling van een gefixeerde schadevergoeding ad € 9.834,34, een transitievergoeding van € 15,94 en een billijke vergoeding van € 7.375,75, alsmede [werkgever] te veroordelen tot betaling van achterstallig salaris ad € 733,245 en het bedrag van de eindafrekening ad € 1.651,33. Verder heeft [werknemer] verzocht [werkgever] te veroordelen tot betaling van de wettelijke verhoging, de wettelijke rente en de kosten van de procedure.
€ 733,245, ingetrokken.
4.De beoordeling
“De werkgever hanteert arbeidsovereenkomsten voor bepaalde en onbepaalde tijd”.
‘onbepaalde tijd’op de salarisstrook van [werknemer] en met de vermelding
‘onbepaalde tijd’op het [vereniging] formulier. [werknemer] heeft dit [vereniging] formulier ingevuld en hoewel [werkgever] nu verklaart dat de vermelding daarop van
‘onbepaalde tijd’niet klopt, staat wel vast dat het formulier via hem naar de salarisadministratie is gestuurd. Er is dus sprake van een arbeidsovereenkomst van onbepaalde tijd.
1 januari 2023 een nieuwe dienstbetrekking is aangegaan. Ook betrekt de kantonrechter de aan [werknemer] toekomende transitievergoeding en gefixeerde schadevergoeding in de berekening van de hoogte van de billijke vergoeding.
€ 40.000,00 wegens geleden schade. [werkgever] stelt dat hij door de (onterechte) afwezigheid van [werknemer] na haar ziekmelding, invalkrachten heeft moeten inlenen en dat dit hem veel geld heeft gekost.