ECLI:NL:RBDHA:2023:6393
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Studiefinanciering en het recht op dwangsom voor migrerende werknemers
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 9 maart 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser, een Spaanse student aan de Technische Universiteit Leiden, en de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. De eiser had verzocht om studiefinanciering voor het jaar 2022, maar zijn aanvraag werd afgewezen omdat hij geen lopende toekenning had en geen nieuwe aanvraag had ingediend. De rechtbank heeft vastgesteld dat de minister terecht het bezwaar van de eiser kennelijk ongegrond heeft verklaard. De eiser had eerder studiefinanciering aangevraagd, maar er was geen besluit genomen voor het kalenderjaar 2022. De rechtbank oordeelde dat de minister niet verplicht was om een prolongatiebesluit te nemen, aangezien er geen aanvraag voor 2022 was ingediend. De eiser stelde dat de werkwijze van de minister in strijd was met het Unierecht en discriminerend, maar de rechtbank oordeelde dat er geen ongerechtvaardigd onderscheid was gemaakt tussen EU-studenten en Nederlandse studenten. Het beroep van de eiser op het gelijkheidsbeginsel werd afgewezen, omdat hij niet had aangetoond dat zijn situatie vergelijkbaar was met die van andere studenten. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, wat betekent dat de eiser geen recht heeft op een dwangsom en dat de minister geen proceskosten hoeft te vergoeden.