ECLI:NL:RBDHA:2023:6800
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag en verzoek voorlopige voorziening in het kader van Dublinverordening
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 16 maart 2023 uitspraak gedaan in het beroep van eiser tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarin de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling is genomen. De rechtbank heeft geoordeeld dat Duitsland verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag van eiser op basis van de Dublinverordening. Eiser heeft zijn stelling dat hij bij uitzetting naar Duitsland een reëel risico op refoulement loopt, niet onderbouwd. De rechtbank volgt het standpunt van verweerder dat er mag worden uitgegaan van het interstatelijk vertrouwensbeginsel ten aanzien van Duitsland. Duitsland heeft met het claimakkoord gegarandeerd de asielaanvraag van eiser in behandeling te nemen. Eiser heeft geen andere persoonlijke omstandigheden naar voren gebracht die zijn stelling zouden onderbouwen. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af, omdat de asielaanvraag van eiser buiten behandeling mocht worden gesteld. De uitspraak is openbaar gemaakt op 16 maart 2023.