Overwegingen
1. In artikel 6:2, aanhef en onder b, van de Awb is bepaald dat het niet tijdig nemen van een besluit met een besluit wordt gelijk gesteld. Daartegen kan beroep worden ingesteld bij de rechtbank. In artikel 6:12, tweede lid, van de Awb is bepaald dat het beroepschrift kan worden ingediend zodra het bestuursorgaan in gebreke is om op tijd een besluit te nemen en twee weken zijn verstreken nadat een schriftelijke ingebrekestelling door het bestuursorgaan is ontvangen.
2. Bij afzonderlijke besluiten van 9 december 2020 (de primaire besluiten) heeft verweerder de aanvragen van [Naam 5], referente, tot afgifte van een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) aan eisers afgewezen. Zij hebben op 22 december 2020 bezwaar gemaakt.
3. In dit geval is de termijn voor het nemen van een beslissing op het bezwaar op grond van artikel 76, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw) negentien weken, gerekend vanaf de dag na die waarop de termijn voor het indienen van een bezwaarschrift is verstreken. Het primaire besluit dateert van 9 december 2020 en de termijn voor het indienen van een bezwaarschrift bedraagt op grond van artikel 69, eerste lid, van de Vw vier weken. De beslistermijn is conform artikel 7:10, tweede lid, van de Awb op 29 januari 2021 opgeschort doordat verweerder eisers in de gelegenheid heeft gesteld om nog gronden van bezwaar in te dienen. Op 11 februari 2021 zijn bezwaargronden ingediend en is de beslistermijn verder gaan lopen.
4. Uit het voorgaande volgt dat verweerder uiterlijk op 2 juni 2021 een besluit had moeten nemen op het bezwaar van eisers.
5. De rechtbank stelt vast dat de beslistermijn is verstreken. Op 30 september 2021 hebben eisers verweerder rechtsgeldig in gebreke gesteld. Vervolgens zijn meer dan twee weken verstreken voordat eisers op 9 maart 2022 beroep hebben ingesteld. De beroepen zijn kennelijk gegrond.
6. Op grond van artikel 8:55d, eerste lid, van de Awb bepaalt de rechtbank dat, als het beroep gegrond is en nog geen besluit bekendgemaakt is, het bestuursorgaan binnen twee weken na de dag waarop de uitspraak wordt verzonden alsnog een besluit bekendmaakt. In bijzondere gevallen of indien naleving van een wettelijk voorschrift daartoe noopt, kan de rechtbank op grond van het derde lid een andere termijn stellen of een andere voorziening treffen.
7. Verweerder heeft zich in het verweerschrift van 5 april 2022 op het standpunt gesteld dat een gehoor met eiseres [Naam 1] noodzakelijk is. In een aanvullend schrijven van 15 juni 2022 verklaart verweerder dat het gehoor met [Naam 1] inmiddels op 18 mei 2022 heeft plaatsgevonden. Naar aanleiding van dit gehoor heeft verweerder bij brief van 14 juni 2022 kenbaar gemaakt dat er aanvullende informatie nodig is. Eisers is verzocht om binnen vier weken de gevraagde informatie toe te zenden. Afhankelijk van de toegezonden informatie, zullen de vervolgstappen worden bepaald. Gelet hierop kan op dit moment niet worden aangegeven binnen welke termijn er kan worden beslist, aldus verweerder.
8. Uit de reactie van 13 oktober 2022 van eisers blijkt dat er weliswaar regelmatig e-mailcontact is tussen de familieleden maar dat het nog niet gelukt is om DNA-onderzoek in te plannen.
9. De rechtbank ziet, gelet op de toelichting van partijen op de bijzondere omstandigheden, aanleiding om te bepalen dat verweerder, nadat de uitslagen van het gevraagde DNA-onderzoek bekend zijn, binnen twee weken alsnog een besluit op bezwaar neemt en verbindt aan zijn uitspraak een nadere dwangsom voor iedere dag dat de staatssecretaris in gebreke blijft de uitspraak na te leven.
10. De rechtbank zal gelet hierop bepalen dat verweerder een dwangsom verbeurt voor
elke dag dat hij in gebreke blijft deze uitspraak na te leven ter hoogte van € 100 per dag met een maximum van € 7.500.
11. De rechtbank veroordeelt verweerder in de door eisers gemaakte proceskosten. Deze worden op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht vastgesteld op € 418,50 (twee samenhangende zaken, 1 punt voor het indienen van het beroepschrift met een waarde per punt van € 837 en een wegingsfactor 0,5).