ECLI:NL:RBDHA:2023:7963

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
24 mei 2023
Publicatiedatum
5 juni 2023
Zaaknummer
NL23.11649
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak met proceskostenveroordeling

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 24 mei 2023 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening van een verzoeker met de Libanese nationaliteit. De verzoeker had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, maar deze was door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid bij besluit van 11 april 2023 buiten behandeling gesteld. Hiertegen heeft de verzoeker beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 15 mei 2023 behandeld, samen met een ander beroep (NL23.11648).

De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat, gezien de uitspraak in de bodemzaak, een voorlopige voorziening niet meer nodig is. Daarom heeft hij het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. Echter, de voorzieningenrechter heeft de Staatssecretaris wel veroordeeld in de proceskosten van de verzoeker, die zijn vastgesteld op € 837,00. Dit bedrag is gebaseerd op het Besluit proceskosten bestuursrecht, waarbij de kosten voor rechtsbijstand door een derde zijn meegenomen.

De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing. De voorzieningenrechter heeft de uitspraak gedaan in aanwezigheid van de griffier, mr. L.L. Hol, en heeft de beslissing op dezelfde dag bekendgemaakt.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL23.11649
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[verzoeker] , verzoeker V-nummer: [V-nummer] (gemachtigde: mr. I.M. Hagg),

en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: M.A.M. Janssen).

Procesverloop

Bij besluit van 11 april 2023 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure buiten behandeling gesteld.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek samen met het beroep NL23.11648 op
15 mei 2023 op zitting behandeld. Verzoeker heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Verzoeker heeft de Libanese nationaliteit en is geboren op [geboortedatum] 1993.
2. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL23.11648, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
3. Gelet op de uitkomst van de bodemzaak veroordeelt de voorzieningenrechter verweerder wel in de door verzoeker gemaakte proceskosten. Deze kosten stelt de voorzieningenrechter op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op € 837,00 (1 punt voor het indienen van het verzoekschrift met een waarde per punt van € 837,- en een wegingsfactor 1).

Beslissing

De voorzieningenrechter:
  • wijst het verzoek om voorlopige voorziening af;
  • veroordeelt verweerder in de proceskosten van verzoeker tot een bedrag van € 837,00.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M. Eversteijn, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. L.L. Hol, griffier.
De uitspraak is uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
24 mei 2023

Documentcode: [documentcode]

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.