ECLI:NL:RBDHA:2023:8076

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
1 juni 2023
Publicatiedatum
6 juni 2023
Zaaknummer
NL23.10116
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak

In de zaak tussen [naam], verzoeker, en de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder, heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 1 juni 2023 uitspraak gedaan. De zaak betreft een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De staatssecretaris heeft in een besluit van 29 maart 2023 de asielaanvraag van de verzoeker niet-ontvankelijk verklaard. Hiertegen heeft de verzoeker beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht uitspraak gedaan zonder zitting. In een eerdere uitspraak, zaaknummer NL23.10115, heeft de rechtbank al uitspraak gedaan op het beroep van de verzoeker. Om deze reden heeft de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. E.F. Bethlehem, in aanwezigheid van mr. E.C. Jacobs, griffier, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.10116

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam], verzoeker

V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. F.J.M. Schonkeren),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. S.J.R.R. Brock).

Procesverloop

In het besluit van 29 maart 2023 (bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van eiser niet-ontvankelijk verklaard.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter doet op grond van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht uitspraak zonder zitting.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL23.10115, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. E.F. Bethlehem, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. E.C. Jacobs, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.