Uitspraak
Rechtbank den haag
[gedaagde 1] ,
[gedaagde 1] ,
1.Procedure
2.Beoordeling
de onderdelen en systemen van een voertuig die vermogen leveren en op het wegdek overbrengen, zoals de motor(en), motormanagementsystemen of andere controlemodules, de voorzieningen tegen milieuverontreiniging, zoals systemen om vervuilende emissies en geluidshinder te beperken, de overbrenging en de bediening daarvan (aandrijfas, riemaandrijving of kettingaandrijving), de differentiëlen, de eindaandrijving en de (straal van de) band van het aangedreven wiel’, moet het voertuig volgens artikel 20 lid 3 van de Verordening na een wijziging voldoen aan de technische voorschriften van de oorspronkelijke voertuigcategorie en -subcategorie, of indien van toepassing, de nieuwe voertuigcategorie en -subcategorie, die golden toen het
Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 en enige andere wetten in verband met het laten vervallen van de mogelijkheid tot het aanwijzen van bijzondere bromfietsen in hoofdstuk IIA van de Wegenverkeerswet 1994, het mogelijk maken van implementatie van het kader voor lichte elektrische voertuigen en enige andere wijzigingen’ dat het voornemen is om de RDW in de toekomst ook lichte elektrische voertuigen te laten keuren conform hoofdstuk III van de Wegenverkeerswet. Gelet op de onduidelijkheid over deze specifieke situatie en alle omstandigheden van het geval is de kantonrechter van oordeel dat de omgebouwde elektrische step gekeurd moet worden en dat de keuring in dit geval achteraf plaats kan vinden.