ECLI:NL:RBDHA:2023:8202

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
2 juni 2023
Publicatiedatum
8 juni 2023
Zaaknummer
NL22.24780
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen niet tijdig nemen van besluit op aanvraag machtiging tot voorlopig verblijf

In deze zaak hebben eisers beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op hun aanvraag van 16 mei 2022 voor een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) in het kader van nareis. De rechtbank heeft vastgesteld dat de Nederlandse ambassade in New York op 10 februari 2023 gemachtigd is om een mvv te verlenen. Na deze inwilligende beschikking heeft de rechtbank aan eiser gevraagd of hij het beroep wenst te handhaven. Eiser heeft aangegeven bereid te zijn het beroep in te trekken als verweerder de proceskosten wil voldoen en een formulier in het digitaal dossier uploadt. Verweerder heeft echter niet gereageerd op dit verzoek van de rechtbank.

De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. Eisers hebben verzocht om vrijstelling van het griffierecht vanwege betalingsonmacht, wat door de rechtbank is toegewezen. De rechtbank heeft vastgesteld dat met de inwilliging van de aanvraag om een mvv aan het beroep tegemoet is gekomen, waardoor eisers geen procesbelang meer hebben in dat opzicht. Het beroep is daarom kennelijk niet-ontvankelijk verklaard.

Eisers hebben ook verzocht om de bestuurlijke dwangsommen vast te stellen en om verweerder te veroordelen in de door hen gemaakte proceskosten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de volledige termijn van artikel 4:17 van de Awb is verstreken, waardoor verweerder € 1.442 aan bestuurlijke dwangsommen heeft verbeurd. Tevens is verweerder veroordeeld tot betaling van de proceskosten van eisers, vastgesteld op € 418,50, op basis van het Besluit proceskosten bestuursrecht. De rechtbank heeft geoordeeld dat de wegingsfactor 'licht' van toepassing is, aangezien het beroep alleen betrekking had op het niet tijdig nemen van een besluit.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL22.24780

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[Naam], eiser

V-nummer: [Nummer]
[Naam 2], eiseres
V-nummer: [Nummer 2]
samen: eisers
(gemachtigde: mr. B.W.C. van Geet),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.

Procesverloop

Eisers hebben beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op de aanvraag van 16 mei 2022 om verlening van een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) in het kader van nareis.
Bij besluit van 10 februari 2023 heeft verweerder de Nederlandse ambassade in New York gemachtigd om een mvv te verlenen.
Naar aanleiding van de inwilligende beschikking heeft de rechtbank aan eiser gevraagd of hij het beroep wenst te handhaven. Eiser heeft de rechtbank meegedeeld dat hij bereid is het beroep in te trekken als verweerder de proceskosten van eiser wil voldoen en daartoe een formulier in het digitaal dossier uploadt. De rechtbank heeft aan verweerder om een reactie verzocht. Verweerder heeft niet gereageerd op het bericht van de rechtbank.
De rechtbank doet op grond van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak zonder zitting.

Overwegingen

1. Eisers hebben verzocht om vrijstelling van de verplichting griffierecht te betalen vanwege betalingsonmacht. Eisers hebben dit verzoek voldoende onderbouwd. De rechtbank wijst het verzoek om vrijstelling van het griffierecht toe.
2. Voor zover het beroep is gericht tegen het niet tijdig nemen van een besluit op de aanvraag van eisers om verlening van een mvv, stelt de rechtbank vast dat met de inwilliging van de aanvraag om een mvv aan het beroep tegemoet is gekomen, zodat eisers gelet op het bepaalde in artikel 6:20, derde lid, van de Awb in zoverre geen procesbelang meer hebben.
3. Het beroep is daarom kennelijk niet-ontvankelijk.
4. Eisers verzoeken de rechtbank om de bestuurlijke dwangsommen vast te stellen en om verweerder te veroordelen in de door hun gemaakte proceskosten.
5. De rechtbank stelt vast dat de volledige termijn van artikel 4:17 van de Awb is verstreken, zodat verweerder aan eisers € 1.442 aan bestuurlijke dwangsommen heeft verbeurd.
6. Omdat eisers vanwege het niet tijdig beslissen op de aanvraag om een mvv terecht beroep hebben ingesteld, ziet de rechtbank aanleiding om verweerder te veroordelen in de door eisers gemaakte proceskosten. Deze kosten worden op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vastgesteld op € 418,50 bestaande uit een punt voor het indienen van het beroepschrift met een waarde per punt van € 837 en vermenigvuldigd met wegingsfactor 0,5 (licht). De rechtbank is van oordeel dat de wegingsfactor ‘licht’ van toepassing is omdat het beroep alleen ziet op het niet tijdig nemen van een besluit.

Beslissing

De rechtbank:
  • verklaart het beroep niet-ontvankelijk;
  • veroordeelt verweerder tot betaling aan eisers van de verbeurde bestuurlijke dwangsommen ter hoogte van € 1.442 (duizendvierhonderdtweeënveertig euro).
  • veroordeelt verweerder in de proceskosten van eisers tot een bedrag van
Deze uitspraak is gedaan door mr. A.C.J. van Dooijeweert, rechter, in aanwezigheid van
mr.R. de Mul, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Bent u het niet eens met deze uitspraak?
Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven. Als u graag een zitting wilt waarin u uw verzetschrift kunt toelichten, kunt u dit in uw verzetschrift vermelden.