ECLI:NL:RBDHA:2023:8669
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoeken tot dwangakkoord en wettelijke schuldsaneringsregeling wegens onvoldoende deskundige uitvoering van het minnelijk schuldsaneringstraject
In deze zaak heeft de heer [naam01] verzocht om een dwangakkoord op te leggen aan zijn schuldeisers, omdat hij in een problematische schuldensituatie verkeert. Hij heeft een voorstel gedaan aan zijn schuldeisers waarbij een deel van de vorderingen wordt voldaan en het resterende deel wordt kwijtgescholden. Echter, niet alle schuldeisers hebben ingestemd met dit voorstel. De heer [naam01] heeft ook verzocht om toelating tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP) indien het verzoek om een dwangakkoord wordt afgewezen. Beide verzoeken zijn door de rechtbank afgewezen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de heer [naam01] een schuldenlast heeft van € 86.064,71 aan 14 schuldeisers en dat hij met behulp van de gemeente Delft een schuldregeling heeft aangeboden. Dit voorstel is echter op onvoldoende deskundige wijze uitgevoerd en getoetst. De rechtbank concludeert dat de percentages die aan de schuldeisers zijn voorgesteld niet realiseerbaar zijn, wat betekent dat de schuldeisers niet op een correcte manier zijn geïnformeerd over de haalbaarheid van de schuldregeling.
De rechtbank wijst het verzoek tot het opleggen van een dwangakkoord af, omdat de schuldbemiddeling niet op de juiste wijze is uitgevoerd. Daarnaast wordt het verzoek om toelating tot de WSNP afgewezen, omdat een WSNP-verzoek moet worden voorafgegaan door een correct uitgevoerd minnelijk schuldregelingstraject. Aangezien dit niet het geval is, kan het verzoek niet worden toegewezen. De beslissing is genomen door mr. R. Cats, rechter, en is openbaar uitgesproken op 15 juni 2023.