ECLI:NL:RBDHA:2023:962

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
26 januari 2023
Publicatiedatum
2 februari 2023
Zaaknummer
NL22.25586
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • B.F.Th. de Roos
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot internationale bescherming

Op 26 januari 2023 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een asielzaak waarbij de verzoeker, vertegenwoordigd door mr. F. Boone, een verzoek om voorlopige voorziening heeft ingediend. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, vertegenwoordigd door mr. H.J. Metselaar, had eerder op 13 december 2022 de asielaanvraag van de verzoeker niet-ontvankelijk verklaard. De verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De rechtbank heeft de zaak behandeld in Middelburg, waar de voorzieningenrechter op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht uitspraak heeft gedaan zonder dat de zaak op zitting is besproken. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, verwijzend naar de uitspraak van dezelfde dag in de beroepszaak met nummer NL22.25565. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL22.25586
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[Naam], verzoeker

V-nummer: [Nummer]
(gemachtigde: mr. F. Boone),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. H.J. Metselaar).

Procesverloop

Bij besluit van 13 december 2022 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoeker in de algemene procedure niet-ontvankelijk verklaard.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De beroepszaak met nummer NL22.25565 is op 26 januari 2023 op zitting te Breda behandeld. Na afloop van de behandeling van het beroep ter zitting heeft de rechtbank onmiddellijk uitspraak gedaan.
De voorzieningenrechter doet op grond van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht uitspraak zonder dat de zaak op zitting is besproken.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL22.25565, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Deze uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 26 januari 2023 door mr. B.F.Th. de Roos, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. S.D.C.J. Verheezen, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
Dit proces-verbaal is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.