In deze civiele procedure, behandeld door de Rechtbank Den Haag, hebben eisers, wonende in Duitsland, een vordering ingesteld tegen Mijbupark B.V. inzake de beëindiging van hun erfpachtrecht op kavel 2 van het Mijbupark. De rechtbank heeft op 25 juni 2024 uitspraak gedaan. De erfpacht van de kavel is van rechtswege geëindigd op 31 december 2023, en de rechtbank oordeelt dat eisers onvoldoende hebben aangetoond dat er sprake is van een onrechtmatige gedraging of misbruik van omstandigheden door Mijbupark. De rechtbank stelt vast dat de contractsvrijheid van Mijbupark niet onbeperkt is, maar dat er geen gerechtvaardigd vertrouwen is gewekt bij eisers dat het erfpachtrecht zou worden verlengd. De rechtbank wijst de vorderingen van eisers af en veroordeelt hen in de proceskosten, die zijn begroot op € 2.094,00. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor eisers om hun claims goed te onderbouwen, vooral in het licht van de beëindiging van het erfpachtrecht en de contractsvrijheid van de grondeigenaar.