Uitspraak
[eiser] , eiser/verzoeker
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
U heeft verklaard dat u op een gegeven moment gevoelens kreeg voor mannen. Hoe kwam u daar voor het eerst achter?
Rechtbank Den Haag
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 17 juni 2024, wordt het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag beoordeeld. Eiser, die op 16 oktober 2023 een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel indiende, kreeg op 30 april 2024 te horen dat zijn aanvraag als kennelijk ongegrond was afgewezen. De rechtbank behandelt ook het verzoek om een voorlopige voorziening. Tijdens de zitting op 5 juni 2024 waren zowel eiser als zijn gemachtigde aanwezig, evenals de gemachtigde van verweerder en een tolk.
Eiser heeft zijn homoseksuele gerichtheid niet aannemelijk kunnen maken, wat een belangrijke reden was voor de afwijzing van zijn asielaanvraag. Hij heeft verklaard dat hij als tiener homoseksuele gevoelens ontwikkelde, maar de rechtbank oordeelt dat hij onvoldoende inzicht heeft gegeven in deze gevoelens en de gevolgen daarvan. Verweerder heeft de elementen van eisers asielrelaas beoordeeld en kwam tot de conclusie dat de homoseksuele gerichtheid ongeloofwaardig was. De rechtbank volgt dit oordeel en merkt op dat eiser niet voldoende bewijs heeft geleverd van zijn identiteit en nationaliteit.
Daarnaast heeft eiser verzocht om uitstel van vertrek op basis van psychische problematiek, maar de rechtbank oordeelt dat verweerder niet verplicht was om dit verzoek ambtshalve te toetsen, gezien de omstandigheden van de zaak. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af. Eiser krijgt geen vergoeding van zijn proceskosten en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.