ECLI:NL:RBDHA:2024:10955

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
15 juli 2024
Publicatiedatum
15 juli 2024
Zaaknummer
NL24.20633
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • H. Hanssen - Telman
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot Chavez-Vilchez-aanvraag

Op 15 juli 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak van een verzoeker van Turkse nationaliteit, die een voorlopige voorziening had aangevraagd in verband met zijn asielaanvraag. De verzoeker had eerder bezwaar gemaakt tegen de afwijzing van zijn aanvraag tot afgifte van een document op grond van de Vreemdelingenwet 2000, welke afwijzing door de minister van Asiel en Migratie op 18 april 2024 was bevestigd. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld op 26 juni 2024, samen met een andere zaak (NL24.20631). Tijdens de zitting waren de verzoeker, een tolk, en de gemachtigden van zowel de verzoeker als de minister aanwezig.

De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen aangegeven dat, gezien de uitspraak in de andere zaak, een voorlopige voorziening niet meer nodig is. Daarom heeft hij het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. Wel heeft de voorzieningenrechter de minister veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten die de verzoeker heeft gemaakt, vastgesteld op € 875,00 voor de rechtsbijstand. De kosten voor het verschijnen ter zitting zijn al vergoed in de beroepszaak, aangezien deze gelijktijdig zijn behandeld.

De uitspraak is gedaan door mr. H. Hanssen - Telman, in aanwezigheid van mr. V. Vegter als griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL24.20633

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam] ,

geboren op [geboortedatum]
van Turkse nationaliteit,
V-nummer: [v-nummer] , verzoeker
(gemachtigde: mr. V.L. van Wieringen),
en
de minister van Asiel en Migratie (voorheen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid), de minister

Procesverloop

Bij besluit van 18 april 2024 (het bestreden besluit) heeft de minister het bezwaar tegen de afwijzing van de aanvraag van verzoeker tot afgifte van een document zoals bedoeld in artikel 9, eerste lid Vw 2000 [1] , op grond van artikel 20 van het VWEU [2] en het arrest
Chavez-Vilchez [3] van het Hof van Justitie [4] ongegrond verklaard.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL24.20631, op 26 juni 2024 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: verzoeker, een tolk, de gemachtigde van verzoeker en de gemachtigde van de minister.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL24.20631, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Gelet op de uitkomst van de beroepsprocedure veroordeelt de voorzieningenrechter de minister wel in de door verzoeker gemaakte proceskosten. Deze kosten stelt de voorzieningenrechter op grond van het Besluit proceskosten bestuursrecht voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vast op € 875,00 (1 punt voor het indienen van het verzoekschrift, met een waarde per punt van € 875,00 en een wegingsfactor 1). Gezien de gelijktijdige behandeling ter zitting, worden de kosten voor het verschijnen ter zitting al vergoed in de beroepszaak.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. H. Hanssen - Telman, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr.V. Vegter, griffier en openbaar gemaakt door geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Voetnoten

1.Vreemdelingenwet 2000.
2.Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.
3.Arrest van 10 mei 2017, zaaknummer C-133/15, ECLI:EU:C:2017:354.
4.Hof van Justitie van de Europese Unie.