ECLI:NL:RBDHA:2024:11216
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- H. Hansen-Telman
- Rechtspraak.nl
Oplegging van een ROV-4 maatregel aan een asielzoeker wegens herhaaldelijk overtreden van huisregels en brandgevaar
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 18 juli 2024 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure tussen een eiser, een Iraanse asielzoeker, en het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COa). De eiser had beroep ingesteld tegen een besluit van het COa, waarin hem een ROV-4 maatregel werd opgelegd. Deze maatregel hield in dat alle Rva-verstrekkingen gedurende één week werden ingehouden en dat eiser werd overgeplaatst naar een time-out locatie vanwege herhaaldelijk overtreden van de huisregels, specifiek het roken van een waterpijp, wat brandgevaar veroorzaakte.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser op 31 januari 2024 de huisregels heeft overtreden door het roken van een waterpijp in het AZC Gilze, wat leidde tot de oplegging van de maatregel. Eiser betwistte de ernst van het incident en stelde dat het gebruik van een waterpijp veiliger was dan het roken van sigaretten. De rechtbank oordeelde echter dat het COa terecht had besloten tot de oplegging van de ROV-4 maatregel, gezien de herhaalde overtredingen en de waarschuwingen die eiser eerder had ontvangen. De rechtbank concludeerde dat het beroep ongegrond was en dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak werd gedaan door rechter H. Hansen-Telman, in aanwezigheid van griffier P.C.J. Lindeijer, en is openbaar gemaakt via rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak kan binnen vier weken hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.